Britse talen in de Raad

Contentverzamelaar

Britse talen in de Raad

De Raad van de Europese Unie heeft in een ‘bestuurlijke regeling’ met het Verenigd Koninkrijk afspraken gemaakt over het gebruik van Britse talen binnen de werkzaamheden van de Raad. Britse burgers kunnen de Raad voortaan schrijven in deze talen. Ook kunnen de leden van de Raad voortaan worden toegesproken worden in het Scottish en Welsh. Een soortgelijke afspraak bestond ook al voor de Spaanse officiële talen. De Nederlandse staatssecretarissen Tineke Huizinga-Heringa en Jack de Vries moeten de Raad nog steeds in het Nederlands toespreken.

Alle talen die door de Britse regering erkend worden als officiële taal kunnen voor de werkzaamheden binnen de Raad gebruikt worden. Dit geldt voor correspondentie met de Raad, mondelinge bijdragen tijdens bijeenkomsten van de Raad en voor de vertaling, op kosten van het VK, van besluiten van de Raad (codecisie). Met de regeling kan worden afgeweken van verordening 1/58. In artikel 1 van deze eerste verordening is voor het Verenigd Koninkrijk alleen het Engels erkend als officiële taal van de instellingen. Het Gaelic dat in Noord-Ierland wordt gesproken is al een officiële taal van de Unie, als officië le taal van de Republiek Ierland (en opgenomen in artikel 1).

Het Verenigd Koninkrijk zal zelf moeten zorgen voor vertaling en alle kosten zelf dragen. De Raad zal meewerken, maar draagt geen enkele verantwoordelijkheid voor de inhoud van de vertalingen. Ook Spanje heeft in eerdere ‘bestuurlijke regelingen' met zowel de Raad als de Europese Commissie afspraken gemaakt over het gebruik van officiële Spaanse talen.