C-101/16 Paper Consult

Contentverzamelaar

C-101/16 Paper Consult

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   5 april 2016
Concept schriftelijke opmerkingen:       22 april 2016
Schriftelijke opmerkingen:                   22 mei 2016
Trefwoorden: btw; recht op aftrek

Onderwerp
Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (Pb L 347, blz. 1)

Verzoekster heeft naar aanleiding van een belastingcontrole over 2011/2012 een naheffing btw ontvangen. Zij start een procedure en wordt bij vonnis van 08-07-2015 in het ongelijk gesteld. Hiertegen gaat zij in beroep. Het gaat om weigering van aftrek btw voor het afnemen van diensten op grond van een dienstverleningsovereenkomst van 03-01-2011 met een inactieve belastingplichtige. Het betreffende bedrijf is volgens gegevens van ROEaut met ingang van 07-10-2010 inactief verklaard en geschrapt van de lijst van btw-belastingplichtigen. Verzoekster had dan ook voor het factuurbedrag van dat bedrijf geen recht op aftrek. Verzoekster heeft in de bezwaarprocedure en in eerste aanleg gesteld dat zij van dat feit niet op de hoogte was (gesteld), dat dit enkel op de website van de overheidsinstantie bekend gesteld is en dat dit haar niet kan worden tegengeworpen. De nationale regel die haar verplicht die website te raadplegen is volgens haar in strijd met RL 2006/112.

De verwijzende ROE rechter (Hof van Beroep Cluj) haalt arresten van het HvJEU aan waarin het Hof erkent dat één van de doelstellingen van RL 2006/112 is het voorkomen van fraude, belastingontwijking en misbruik, maar dat de EULS voor het bereiken van dat doel niet verder mogen gaan dan wat nodig is. De rechter meent dat met name artikel 273 van de RL een nationale regeling als hier bestreden mogelijk maakt en dat dit voor belastingplichtigen geen buitensporige last is. Hij legt de volgende vragen voor aan het HvJEU:
1. Verzet richtlijn 2006/112/EG zich tegen een nationale regeling krachtens welke een belastingplichtige het recht op aftrek van de btw wordt geweigerd met de motivering dat de persoon die aan hem voorafgaat in de keten en de factuur heeft uitgereikt waarin de kosten en de btw zijn aangegeven, door de belastingdienst inactief is verklaard?
2. Indien de eerste vraag ontkennend wordt beantwoord: verzet richtlijn 2006/112/EG zich, in de omstandigheden als omschreven in de eerste vraag, tegen een nationale regeling krachtens welke het volstaat de lijst van inactief verklaarde belastingplichtigen bij de zetel van de Agenția Națională de Administrare Fiscală aan te plakken en deze lijst bekend te maken op de website van de Agenția Națională de Administrare Fiscală, in het onderdeel Openbare informatie - Informatie over marktdeelnemers, om het recht op aftrek van de btw te kunnen weigeren?
Aangehaalde jurisprudentie: C-188/09 Profaktor; C-285/11 Bonik
Specifiek beleidsterrein: FIN

Gerelateerde documenten