C-145/16 Aramex Nederland

Contentverzamelaar

C-145/16 Aramex Nederland

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   3 mei 2016
Concept schriftelijke opmerkingen:       19 mei 2016
Schriftelijke opmerkingen:                   19 juni 2016
Trefwoorden: douane-indeling (Gecombineerde Nomenclatuur – GN)
Onderwerp
- Richtlijn 2002/24/EG betreffende de goedkeuring van twee- en driewielige motorvoertuigen;
- Uitvoeringsverordening (EU) Nr. 301/2012 van de Commissie van 2 april 2012 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

Verzoekster heeft op 17-04-2013 aangifte gedaan van in het vrije verkeer brengen van een vervoermiddel (‘Spyder’) onder code 8711 5000 (= motorrijwielen). De Spyder is een driewielig voertuig (twee wielen voor, één achter, geschikt voor vervoer van twee personen. De overige gegevens van het voertuig staan genoemd onder punt 2 van de beschikking. Omdat de Inspecteur (verweerder) indeling voorstaat onder 8703 21 10 (automobielen en andere motorvoertuigen, nieuw) ontvangt verzoekster een heffing douanerechten waartegen zij bezwaar maakt. Dit wordt 10-09-2013 door verweerder (Inspecteur) afgewezen waarna verzoekster beroep aantekent. De Rb verklaart op 08-12-2014 het beroep ongegrond. De zaak ligt nu voor in hoger beroep bij de verwijzende rechter. Het geschil gaat over de indeling in de GN.
De ‘Spyder’ heeft model gestaan voor uitvoeringsVo. 301/2012 van de EURCIE. Verzoekster meent dat die Vo. niet geldig is omdat de Spyder bij een juiste toepassing van de indelingsregels onder post 8711, en niet onder 8703, moet worden ingedeeld.

De verwijzende NL rechter (Gerechtshof Amsterdam) haalt vaste rechtspraak van het HvJEU aan over het beslissende criterium voor tariefindeling: de objectieve kenmerken en eigenschappen, zoals omschreven in de GN en in de daarbij gemaakte aantekeningen. Op grond van de bewoordingen van de beide GN-posten kan niet eenduidig worden vastgesteld onder welke van de twee de Spyder moet worden ingedeeld. In C-215/10 is het HvJEU nader ingegaan op de indeling van driewielige voertuigen. De rechter gaat vervolgens eerst aan de hand van de toelichting na of indeling onder 8703 mogelijk is. Hij stuit daarbij op vragen over de gebruikte banden en met name over de stuurinrichting. Wat het laatste betreft vraagt hij zich af of de toelichting op het geharmoniseerd systeem (GS) juist is. De Spyder beschikt over een stuurgeometrie die voldoet aan het Ackerman-principe maar voor het overige wijkt de stuurinrichting sterk af van die van een automobiel; zo heeft het de vorm van een (motor)fietsstuur en ook de werking is geheel anders. In de bijlage bij UitvoeringsVo. 301/2012 is aangegeven dat de Spyder een stuursysteem heeft zoals van een auto. Hij legt dan ook de volgende vraag voor aan het HvJEU:
"Is Uitvoeringsverordening (EU) Nr. 301/2012 van de Commissie van 2 april 2012, tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur, geldig?"
Aangehaalde jurisprudentie: C-205/10 Pacific World Ltd; C-344/14 Kyowa Hakko Europe
Specifiek beleidsterrein: FIN

Gerelateerde documenten