C-181/13 Acanfora

Contentverzamelaar

C-181/13 Acanfora

Prejudiciële Hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwzijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   27 juni 2013
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   13 juli 2013
Schriftelijke opmerkingen:                   13 augustus 2013
Trefwoorden: staatssteun

Onderwerp: VWEU artikel 107 (staatssteun)

Verzoeker Francesco Acanfora heeft beroep ingesteld tegen een betalingsbevel door Equitalia Sud voor het voldoen van inkomstenbelasting die al sinds 2007 verschuldigd is. Een groot deel van het bedrag bestaat dan ook uit vertragingsrente en invorderingskosten. Verzoeker weigert te betalen omdat het besluit nietig zou zijn wegens motiveringsgebrek waardoor hij niet kan profiteren van rechterlijke bescherming zoals artikel 113 van de ITA grondwet biedt.
Verweerster Equitalia Sud is onderdeel van een vennootschap die voor 100% in overheidshanden is en belast met inning van belastingen, premies en sancties. Voor deze werkzaamheden krijgt zij op grond van een ITA decreet (112/1999) een vergoeding, namelijk 9% van het op de belastingrol ingeschreven bedrag, eventueel te vermeerderen met vertragingsrente. Verweerster is dan ook van mening dat gezien deze wettelijke vastlegging motivering niet noodzakelijk hoeft te zijn. Verzoeker meent dat de vergoeding voor de concessie wel erg ruimhartig is vastgesteld gezien de geringe (of zelfs géén) arbeid die voor het innen van belastingen moet worden verricht. Een dergelijke preferentiële vergoeding is met staatssteun te vergelijken, een door de staat verstrekte subsidie die voor de onderneming een economisch voordeel oplevert. Strijd met EUR regelgeving dus.
Het stelsel van vergoedingen voor inning van heffingen is inmiddels bij decreet 201/2011 ingrijpend herzien, maar zal pas in 2014 in werking treden. Pas dan zal verweerster geen vergoeding meer krijgen voor de inning, alleen voor bedragen die op aanmaning zijn betaald.

De verwijzende ITA rechter constateert dat verzoekers verweer dat er strijd is met Europees recht hout lijkt te snijden. In de EUR regelgeving is geen definitie van deze vermeende wijze van staatssteunverlening opgenomen; hij legt het HvJEU dan ook de volgende vraag voor:
“Is de vergoeding van 9% [vastgesteld bij artikel 17 van d.lgs. nr. 112/1999, vóór wijziging ervan] staatssteun die onverenigbaar is met de interne markt van inningsvergoedingen en met het gemeenschapsrecht in de zin van artikel 107 VWEU?”

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-280/00 Altmark; C-88/03 Caso Azzorre; C-78/08 – C-80/08 Paint Graphos e.a.
Specifiek beleidsterrein: EZ

Gerelateerde documenten