C-252/05, Thames Water Utilities Ltd., arrest van 10 mei 2007
Signaleringsfiche Arrest van het Hof van Justitie van 10 mei 2007, C-252/05, Thames Water Utilities Ltd.
Betrokken departementen VROM, VenW
Sleutelwoorden Afvalstoffen, uit riool lekkend afvalwater, werkingssfeer richtlijn afvalstoffen (75/442/EEG, 91/156/EEG) en richtlijn stedelijk afvalwater (91/271/EEG).
Beleidsrelevantie Afvalwater dat weglekt uit riolering, is te beschouwen als afval als bedoeld in de kaderrichtlijn afvalstoffen. De richtlijn stedelijk afvalwater is hierop niet van toepassing.
Samenvatting van feiten, redenering en dictum De uitspraak gaat over de relatie tussen de kaderrichtlijn afvalstoffen en de richtlijn stedelijk afvalwater. De vraag is of afvalwater dat lekt uit een riool onder de kaderrichtlijn afvalstoffen valt óf onder de richtlijn stedelijk afvalwater. Dit houdt verband met een uitzondering in de kaderrichtlijn afvalstoffen, die bepaalt dat deze richtlijn niet van toepassing is op bepaalde afvalstoffen – waaronder afvalwater – die al onder andere Europese of nationale wetgeving vallen. Het Hof antwoordde als volgt.
Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten voor het beleid, wetgeving, rechtspraak of rechtspraktijk op nationaal of Europees niveau Het derde punt kan gevolgen hebben voor de Nederlandse praktijk en wetgeving. Het Hof stelt namelijk dat de richtlijn stedelijk afvalwater wel een voldoende regeling geeft voor afvalwater zolang het zich bevindt in het rioolstelsel tot het, zoals voorzien, daaruit wegvloeit. Maar bij onverhoopt weglekken uit een riool is handhavend optreden wegens overtreding van regels over rioolstelsels (overeenkomstig de richtlijn stedelijk afvalwater) niet voldoende. In dat geval moet men nationale wetgeving toepassen, die de kaderrichtlijn afvalstoffen omzet of die voldoet aan de hierboven onder punt 2 aangegeven voorwaarden. Deze wetgeving moet dus alle in de kaderrichtlijn afvalstoffen geregelde milieuaspecten, zoals ook lucht en geluid, omvatten.
Voorstel voor behandeling De Ministeries van VROM en van VenW gaan na of de Nederlandse wetgeving voldoet aan de vereisten van de kaderrichtlijn afvalstoffen of aan de vereisten die hiervoor onder punt 2 zijn genoemd. De ICER-H draagt zorg voor de afstemming en stelt de ICER op de hoogte in een vervolgfiche.