C-33/25 Stichting Bloembollenkeuringsdienst
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 27 maart 2025 Schriftelijke opmerkingen: 13 mei 2025
Trefwoorden: bloembollen, opplanten, in de handel brengen
Onderwerp: Richtlijn 98/56/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen: artikel 2, lid 3 en artikel 3, lid 2.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof of het tuchtgerecht terecht heeft vastgesteld dat ‘T’ door vijf partijen tulpenbollen die vanwege de aanwezigheid van TBV (een virus) waren afgekeurd opnieuw op te planten, in strijd heeft gehandeld met artikel 3, lid 1 en artikel 5, lid 4 van richtlijn 98/56. Het is daarbij de vraag of T de bloembollen ‘in de handel heeft gebracht’ door ze op te planten.
Prejudiciële vragen: 1. Moet de zinsnede „ter beschikking of in voorraad houden” in artikel 2, derde lid, van Richtlijn 98/56/EG zo worden uitgelegd dat hiervan ook sprake is als teeltmateriaal in de vorm van bloembollen is opgeplant, maar nog niet geoogst, zodat ook het opplanten van bloembollen maakt dat deze in de handel worden gebracht in de zin van deze bepaling?
2. Ziet de uitzondering van artikel 3, tweede lid, aanhef en onder c, van Richtlijn 98/56/EG ook op de situatie waarin een bloembollenteler bloembollen opplant met het oog op de instandhouding van een bepaalde cultivar?
3. Kan op de uitzondering van artikel 3, tweede lid, aanhef en onder c, van Richtlijn 98/56/EG ook een beroep worden gedaan als er nog geen gedetailleerde regels zijn vastgesteld als bedoeld in artikel 3, derde lid, van Richtlijn 98/56/EG?
4. Staat Richtlijn 98/56/EG toe, mede gelet op punt 10 van de overwegingen, dat lidstaten in bepalingen van nationaal recht die zijn bedoeld als implementatie van Richtlijn 98/56/EG en die verwijzen naar de artikelen 3 tot en met 9 van Richtlijn 98/56/EG, de term „in de handel brengen” een ruimere betekenis geven dan de definitie van artikel 2, derde lid, van de Richtlijn 98/56/EG, zodat ook het opplanten van bloembollen wordt beschouwd als „in de handel brengen” en overtreding van die bepalingen van nationaal recht kan worden beboet?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie: -
Specifiek beleidsterrein: LVVN