C-342/14 X-Steuerberatungsgesellschaft

Contentverzamelaar

C-342/14 X-Steuerberatungsgesellschaft

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:    2 september 2014
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   19 september 2014
Schriftelijke opmerkingen:                   19 oktober 2014
Trefwoorden: vrij verkeer diensten; recht vrije vestiging; erkenning beroepskwalificaties

Onderwerp
- VWEU artikel 49 (recht vrije vestiging) en artikel 56 (vrijheid dienstverlening)
- Richtlijn 2000/31/ EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt (Pb L 178, blz. 1);
- Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (Pb L 255, blz. 22);
- Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (Pb L 376, blz. 36)

Verzoekster is de NL vestiging van een in VK gevestigde kapitaalvennootschap naar Brits recht. Zij verstrekt economische en fiscale adviezen (accountancy). Verzoekster is in DUI niet erkend als belastingadvieskantoor in de zin van de DUI wet op belastingadvies. Zij heeft voor onder meer ontvangst poststukken een in DUI gevestigde onderneming voor kantoordiensten (‘A’) gemachtigd.
De DUI belastingdienst (Finanzamt Hannover – verweerster) weigert een door verzoekster voor bedrijf ‘C’ begin 2012 verzorgde aangifte omzetbelasting over 2010 te verwerken vanwege de genoemde niet-erkenning. Verzoeksters beroep voor het Finanzgericht tegen die beslissing wordt verworpen omdat zij bij het voor NL bevoegde orgaan voor belastingadviseurs geen schriftelijke melding heeft gedaan in de zin van bovengenoemde DUI wet.
Verzoekster stelt inbreuk op het vrij verrichten van diensten. Zij kan als in NL gevestigde dienstverlener niet verboden worden, zonder fysiek de grens te overschrijden, in DUI diensten te verlenen. De aangifte voor ‘C’ heeft zij vanuit haar NL vestiging voorbereid en van daaruit naar verweerster gezonden.

De verwijzende DUI rechter (Bundesfinanzhof) stelt vast dat volgens DUI recht verzoekster niet gerechtigd is in belastingzaken te adviseren, en dat verweerster niet heeft onderzocht of de concrete dienst al dan niet vanuit NL is geleverd. Verzoekster zou zich met succes rechtstreeks op Unierecht kunnen beroepen, zoals het recht van vrije vestiging. Hij vraagt zich dan ook af of de in de DUI regelgeving opgenomen beperking met het Unierecht verenigbaar is, en stelt het HvJEU de volgende vragen:
1) Staat artikel 5 van richtlijn 2005/36/EG in de weg aan een beperking van het vrij verrichten van diensten ingeval een naar de wettelijke bepalingen van een lidstaat opgericht belastingadvieskantoor in de lidstaat van vestiging, waarin de activiteit van fiscale advisering niet is gereglementeerd, een belastingaangifte opstelt voor de ontvanger van de dienst in een andere lidstaat en deze bij de belastingdienst indient, en nationale voorschriften in de andere lidstaat bepalen dat een belastingadvieskantoor een vergunning moet hebben om beroepsmatig bijstand in belastingzaken te kunnen verlenen en moet worden bestuurd onder de verantwoordelijkheid van belastingadviseurs?
2) Kan een belastingadvieskantoor onder de in de eerste vraag genoemde omstandigheden met succes een beroep doen op artikel 16, leden 1 en 2, van richtlijn 2006/123/EG, ongeacht in welk van beide lidstaten het de dienst verricht?
3) Moet artikel 56 VWEU aldus worden uitgelegd dat het onder de in de eerste vraag genoemde omstandigheden in de weg staat aan een beperking van het vrij verrichten van diensten door in de lidstaat van de ontvanger van de dienst geldende voorschriften, wanneer het belastingadvieskantoor niet is gevestigd in de lidstaat van de ontvanger van de dienst?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-458/08 CIE/POR; C-475/11 Konstantinides
Specifiek beleidsterrein: FIN, mede OCW, EZ

Gerelateerde documenten