C-347/16 Balgarska energiyna borsa

Contentverzamelaar

C-347/16 Balgarska energiyna borsa

Prejudiciële hofzaak
Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   5 augustus 2016
Concept schriftelijke opmerkingen:       22 augustus 2016
Schriftelijke opmerkingen:                   22 september 2016

Trefwoorden: energie; mededinging;
Onderwerp: - VWEU artikel 101 en 02 (mededinging);
- verordening (EU) nr. 1227/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie;
- richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG.

Verzoekster heeft op 23-12-2013 bij KEVR (de BUL commissie voor de regulering van de energie- en watermarkt) een vergunning aangevraagd voor ‘elektriciteitstransmissie en voor het vervullen van de functies van coördinator van de balanceringsgroep en onafhankelijk transmissiesysteembeheerder’. Aangezien een besluit uitblijft gaat verzoekster in beroep (24-04-2014) bij de hoogste bestuursrechter en vordert nietigverklaring van de stilzwijgende afwijzing. Dit wordt gehonoreerd: KEVR moet afgeven of gemotiveerd afwijzen. KEVR reageert dan alsnog met een gemotiveerd afwijzend besluit: het verzoek is niet ontvankelijk omdat de BUL energiewet bepaalt dat slechts één vergunning voor elektriciteitstransmissie kan worden verleend en die is 18-12-2013 al voor 35 jaar aan een andere vennootschap (ESO EAD) afgegeven. De functies van coördinator en systeembeheerder zijn daarmee zo verknoopt dat deze niet losgekoppeld kunnen worden van de vergunde activiteit. Ook deze functies zijn aan ESO EAD vergund. Verzoekster stelt dat het hier een mededingingsbeperkende gedraging betreft van een onderneming met een machtspositie op de BUL markt (schending van VWEU 107, en dientengevolge van 101 en 102).

De verwijzende BUL rechter (Admin Rb Sofia) oordeelt dat het doel van een competitieve interne energiemarkt echte keuzevrijheid is voor zowel huishoudelijke als industriële consumenten in de EU. Daartoe is belangrijk dat de mededinging op de energiemarkten zich ontwikkelt, in die zin dat een competitieve Europese energiemarkt ontstaat die in staat is de consumenten billijke prijzen, schonere energie en meer leveringsen voorzieningszekerheid te garanderen. Hij vraagt zich dan ook af of het beperken van het aantal vergunningen toelaatbaar is in het licht van de vereisten van RL 2009/72 en legt het HvJEU de volgende vragen voor:

1) Laat artikel 9, lid 1, onder b), i) en ii), van richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG [(hierna: „richtlijn 2009/72”)] toe dat een en dezelfde persoon de enige aandeelhouder is van zowel de onafhankelijke transmissiesysteembeheerder als een vennootschap waarvan de belangrijkste activiteiten bestaan in de productie en de transmissie van elektriciteit?

2) Laat artikel 9, lid 1, onder b), i) en ii), van richtlijn 2009/72 toe dat een en dezelfde persoon direct of indirect zeggenschap uitoefent over zowel de onafhankelijke transmissiesysteembeheerder als een bedrijf dat elektriciteit produceert en levert?

3) Laat artikel 9, lid 1, onder c) en d), van richtlijn 2009/72 toe dat een en dezelfde persoon de leden benoemt van zowel de raad van toezicht van de onafhankelijke transmissiesysteembeheerder – die op zijn beurt het bestuur van laatstgenoemde kiest – als de raad van directeuren van een bedrijf dat elektriciteit produceert en levert?

4) Laten richtlijn 2009/72, verordening (EG) nr. 714/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1228/2003, verordening (EU) 2015/1222 [van de Commissie van 24 juli 2015] tot vaststelling van richtsnoeren betreffende capaciteitstoewijzing en congestiebeheer, [en] verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie een beperking toe van het aantal personen aan wie in een bepaald gebied een vergunning voor elektriciteitstransmissie wordt afgegeven?

5) Indien de voorgaande vragen bevestigend worden beantwoord, dient dan te worden aangenomen dat zich een belangenconflict voordoet in de zin van [overweging 12] van richtlijn 2009/72, in aanmerking genomen dat op grond van artikel 43, lid 1, punt 1, [van de zakon na energetikata (energiewet)] slechts één vergunning is afgegeven voor het grondgebied van de Republiek Bulgarije?

6) Dient te worden aangenomen dat artikel 43, lid 1, [van de energiewet] de mededinging beperkt in de zin van de artikelen 101 VWEU en 102 VWEU, doordat dit nationale voorschrift bepaalt dat op het nationale grondgebied slechts één vergunning voor elektriciteitstransmissie wordt afgegeven?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie:

Specifiek beleidsterrein: EZ

 

Gerelateerde documenten