C-423/13 Vilniaus energija

Contentverzamelaar

C-423/13 Vilniaus energija

Prejudiciële Hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   24 september 2013
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   10 oktober 2013
Schriftelijke opmerkingen:                   10 november 2013
Trefwoorden: kwantitatieve beperkingen; vrij verkeer van goederen

Onderwerp
- VWEU artikel 34 (verbod kwantitatieve beperkingen)
- Verordening (EG) nr. 764/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van procedures voor de toepassing van bepaalde nationale technische voorschriften op goederen die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht, en tot intrekking van beschikking nr. 3052/95/EG;
- Richtlijn 2004/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende meetinstrumenten

Verzoekster is een private onderneming, een energiebedrijf dat voorziet in warmteleverantie, met name in Vilnius. Naar aanleiding van een verzoek van een consument die zich tot het Metrologisch Inspectoraat had gewend voert die instantie een inspectie uit in het appartement van de verzoeker waar door verzoekster een warmwatermeter is geïnstalleerd. Het betreft een meter die op afstand kan worden uitgelezen. Maar de inspectie stelt dat de resultaten van deze meter niet (voor facturering) mogen worden gebruikt omdat niet aan de voorwaarden voor uitlezen op afstand is voldaan. Er moet daarvoor een metrologische verificatie worden verricht, zelfs voor apparatuur die is geleverd vanuit een andere EULS.  
Verzoekster vecht dit besluit aan en vordert dat de betreffende inspectiemaatregel nietig wordt verklaard.
De rechter verklaart de vordering ongegrond, zich baserend op een eerdere uitspraak van het hoogste rechtscollege waarin was geoordeeld onder welke voorwaarden gesproken moest worden van een ‘meetinstallatie’. De door de autoriteiten opgelegde vereisten voor inspecties zijn dan ook rechtmatig.
Verzoekster gaat in hoger beroep ter vernietiging van deze beslissing.

De verwijzende LIT rechter haalt vaste rechtspraak van het HvJEU aan waarin het Hof bepaalt dat iedere maatregel die de handel binnen de interne markt van de EU al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel kan belemmeren, als een maatregel van gelijke werking als kwantitatieve beperkingen moet worden aangemerkt en die maatregel is uit dien hoofde door bovengenoemde bepaling verboden. Rechtvaardiging van een belemmering kan slechts geschieden wegens redenen van algemeen belang en rekening houdend met evenredigheid. Hij twijfelt of in deze zaak ook sprake is van belemmering van het vrije verkeer omdat niet duidelijk is of de warmwatermeter al dan niet moet worden beschouwd als meetinstallatie, en legt het HvJEU daarom de volgende vraag voor:
“Moeten artikel 34 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en/of richtlijn 2004/22/EG in die zin worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een nationale regeling en praktijk volgens welke een warmwatermeter die aan alle vereisten van richtlijn 2004/22/EG voldoet en is aangesloten op een apparaat voor gegevensoverdracht op afstand (telemetrie), wordt aangemerkt als een meetinstallatie, zodat deze warmwatermeter niet als bedoeld kan worden gebruikt voordat een metrologische verificatie van die meter en dat apparaat voor gegevensoverdracht op afstand (telemetrie) samen, als één meetinstallatie, is verricht?”

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-322/01 Deutscher Apothekerverband
Specifiek beleidsterrein: EZ

Gerelateerde documenten