C-429/19

Contentverzamelaar

C-429/19

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement: 28 juli 2019
Schriftelijke opmerkingen: 14 september 2019

Trefwoorden : overheidsopdrachten; samenwerking

Onderwerp :

- Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van richtlijn 2004/18/EG;

 

Feiten:

R is een particuliere onderneming die diensten op het gebied van afvalverwerking aanbiedt. Abfallzweckverband Rhein-Mosel-Eifel (samenwerkingsverband voor afvalverwerking voor de regio Rijn-Moezel-Eifel; hierna: samenwerkingsverband) is een aanbestedende dienst. Het samenwerkingsverband beschikt niet over een eigen MBS (mechanisch-biologische scheidingsinstallatie), wat noodzakelijk is voor de afvalverwerking. Voor 20% heeft het samenwerkingsverband een overeenkomst gesloten met de Landkreis Neuwied, die eveneens een aanbestedende dienst is en verantwoordelijk is voor de afvalverwerking binnen zijn territoriale bevoegdheidsgebied. Landkreis Neuwied verwerkt daarnaast ook restafval uit twee andere Landkreise. Dit vindt niet plaats op grond van een overeenkomst zoals met het samenwerkingsverband, maar vanwege een intergemeentelijke samenwerking. R wist dat het samenwerkingsverband nog behoefte had aan een MBS. In antwoord op een informatieverzoek heeft het samenwerkingsverband R geïnformeerd over overeenkomst met de Landkreis Neuwied. R meent dat dit een ongeoorloofde onderhandse gunning is en heeft beroep ingesteld bij de Vergabekammer. De Vergabekammer heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat er sprake is van samenwerking tussen twee aanbestedende diensten, zodat een beroepsprocedure naar nationaal recht is uitgesloten. Tegen deze beslissing heeft verzoekster hoger beroep ingesteld bij de verwijzende rechter. R vindt dat hier sprake is van “prestatie onder bezwarende titel”, zodat de opdracht onder de aanbestedingsplicht valt en de gunning ervan zonder voorafgaande bekendmaking van een aankondiging van de opdracht in het Publicatieblad van de EU nietig is. Het samenwerkingverband acht de beslissing van de Vergabekammer juist.

 

Overweging:

Het is de vraag hoe de overeenkomst tussen het samenwerkingsverband en de Landkreis Neuwied moet worden beoordeeld. Onder welke voorwaarden valt een dergelijke samenwerking buiten de werkingssfeer van het Europese aanbestedingsrecht? De verwijzende rechter is geneigd het beroep van R toe te wijzen, maar acht hiervoor een uitlegging van het begrip “samenwerking” in artikel 12(4)a) van richtlijn 2014/24 door het Hof noodzakelijk.

 

Prejudiciële vraag:

Moet artikel 12, lid 4, onder a), van richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van richtlijn 2004/18/EG aldus worden uitgelegd dat er reeds sprake is van samenwerking wanneer een aanbestedende dienst die binnen zijn territoriale bevoegdheidsgebied verantwoordelijk is voor de afvalverwerking, een volgens het nationale recht uitsluitend op hem rustende afvalverwerkingstaak die meerdere stappen omvat, niet geheel zelf uitvoert, maar aan een andere, onafhankelijke aanbestedende dienst, die op zijn territoriale bevoegdheidsgebied eveneens verantwoordelijk is voor de afvalverwerking, opdracht verleent tot het onder bezwarende titel verrichten van een van de vereiste verwerkingsstappen?

 

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: Ordine degli Ingegneri della Provincia di Lecce e.a. C-159/11;

Specifiek beleidsterrein: BZK; EZK