C-461/24 Asociacion Peton do Lobo
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 19 augustus 2024 Schriftelijke opmerkingen: 5 oktober 2024
Trefwoorden: milieueffectrapport; vergunningen
Onderwerp: - Richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten: artikel 6, lid 3.
Feiten: Verzoekende partij is ‘Asociación Autonómica Ambiental e Cultural Petón do Lobo’, een milieuvereniging. De milieuvereniging heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de directeur-generaal voor Energieplanning en Natuurlijke Hulpbronnen, om administratieve en bouwvergunningen te verlenen aan de handelsvennootschap ‘Eurus Desarollos Renovables’, voor installaties in het kader van een windmolenpark. Verzoekende partij heeft beroep ingesteld tegen het besluit om de bouwvergunning te verlenen, en stelt dat het project waarvoor de vergunning is verleend niet was onderworpen aan een openbaar onderzoek, terwijl dit wel had gemoeten.
Overweging: Op grond van artikel 6 van richtlijn 2011/92 zijn instanties die beslissen over aanvragen voor vergunningen met milieueffecten, verplicht om drie procedures uit te voeren. De eerste twee procedures zijn het horen van het grote publiek over het project en het verkrijgen van sectorale rapporten van de bevoegde instanties, en de derde procedure is het sturen van de rapporten en adviezen naar het betrokken publiek zodat er opmerkingen aangeleverd kunnen worden voordat het besluit wordt genomen. In de nationale regelgeving zijn de eerst twee procedures ook verplicht gesteld, maar de derde procedure is niet op dezelfde manier opgenomen. In die bepalingen is slechts vastgesteld dat rapporten en opmerkingen naar de opdrachtgever moeten worden doorgestuurd en dat indien de opdrachtgever zijn project zodanig wijzigt dat nieuwe milieueffecten ontstaan, er een nieuw openbaar onderzoek en nieuwe raadplegingen moeten worden georganiseerd. De verwijzende rechter vraagt zich af of richtlijn 2011/92 mogelijk onjuist is omgezet in het nationale recht.
Prejudiciële vragen: Eerste vraag – Welke betekenis moet worden gegeven aan de uitdrukking „voornaamste rapporten en adviezen”, als bedoeld in artikel 6, lid 3, van richtlijn 2011/92/EU? Tweede vraag – Moeten de in artikel 37, lid 2, van Ley estatal 21/2013 genoemde rapporten worden geacht onder de „voornaamste rapporten en adviezen” als bedoeld artikel 6, lid 3, van richtlijn 2011/92/EU te vallen? Derde vraag – Zijn de artikelen 36, 37 en 38 van Ley estatal 21/2013 en de artikelen 33 en 34 van Ley autonómica gallega 8/2009 in strijd met het vereiste van artikel 6, lid 3, van richtlijn 2011/92/EU dat ervoor wordt gezorgd dat de voornaamste sectorale rapporten die zijn uitgebracht, aan het betrokken publiek ter beschikking worden gesteld, zodat dit publiek zijn aan lid 4 van dat artikel ontleende recht kan uitoefenen om binnen een termijn van ten minste 30 dagen opmerkingen en meningen kenbaar te maken en inspraak te krijgen in de besluitvormingsprocedure met betrekking tot de vergunningsaanvraag, voordat het desbetreffende besluit wordt genomen?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie: -
Specifiek beleidsterrein: LVVN