C-484/15 Zulfikarpašić

Contentverzamelaar

C-484/15 Zulfikarpašić

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   16 november 2015
Concept schriftelijke opmerkingen:       2 december 2015
Schriftelijke opmerkingen:                   2 januari 2016
Trefwoorden: EEX

Onderwerp
Verordening (EG) nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 [tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen

Verzoeker is advocaat te Zagreb. Hij heeft een vordering op verweerder Slaven Gajer. Volgens de KRO executiewet beslissen in KRO de notarissen over verzoeken om executie die zijn gebaseerd op een authentieke akte in de zin van die wet. Maar de door verzoeker aangezochte notaris weigert hem (13-11-2014) een bewijs van waarmerking als Europese executoriale titel te verstrekken voor een definitief dwangbevel dat op 12 februari 2014 was opgesteld op basis van een authentieke akte, overeenkomstig de KRO executiewet en Vo. 805/2004. Volgens de notaris is niet aan de voorwaarde voldaan die verlangt dat de schuldenaar de schuldvordering uitdrukkelijk heeft erkend bij authentieke akte.

De verwijzende KRO rechter (gemeentelijke Rb Zagreb) ziet in Vo. 805/2004 (behalve als uitzondering voor ZWE) een tenuitvoerleggingsinstantie als ‘gerecht’ kan fungeren. Hij vraagt zich dan ook af of in RKO de notaris wat executiegedingen betreft op één lijn kan worden gesteld met een rechter en legt de volgende vraag voor aan het HvJEU:
“Zijn de bepalingen van de Kroatische executiewet die betrekking hebben op de Europese executoriale titel verenigbaar met verordening nr. 805/2004 en, met name, omvat in Kroatië, voor de afgifte van een op een authentieke akte gebaseerd dwangbevel in het kader van een executieprocedure, de term „gerecht” ook de notaris en kan de notaris bewijzen van waarmerking als Europese executoriale titel verstrekken voor definitieve en uitvoerbare dwangbevelen die op authentieke akten zijn gebaseerd, wanneer die dwangbevelen niet zijn betwist? Zo neen, kan de rechter bewijzen van waarmerking als Europese executoriale titel verstrekken voor dwangbevelen die door een notaris zijn opgesteld op basis van een authentieke akte, wanneer die dwangbevelen niet-betwiste schuldvorderingen betreffen en, in voorkomend geval, welk formulier dient daartoe te worden gebruikt?
Verder moet er nog op worden gewezen dat de rechter voor definitieve en uitvoerbare dwangbevelen die op authentieke akten zijn gebaseerd slechts bewijzen van waarmerking als Europese executoriale titel kan verstrekken indien hij die dwangbevelen heeft opgesteld overeenkomstig artikel 3, onder b), van verordening nr. 805/2004 en artikel 357 van de executiewet (bijvoorbeeld ingeval de notaris heeft vastgesteld dat het verzoek om executie niet-ontvankelijk is, niet volgens de regels is ingediend of ongegrond is, maar de rechter oordeelt dat het verzoek ontvankelijk is, volgens de regels is ingediend en gegrond is)."
Specifiek beleidsterrein: VenJ