C-527/13 Cachaldora Fernandez

Contentverzamelaar

C-527/13 Cachaldora Fernandez

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   28 november 2013
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   14 december 2013
Schriftelijke opmerkingen:                   14 januari 2014
Trefwoorden:  sociale zekerheid (arbeidsongeschiktheid); gelijke behandeling (m/v)

Onderwerp
-
Richtlijn 79/7/EEG van de Raad van 19 december 1978 betreffende de geleidelijke tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen op het gebied van de sociale zekerheid;
- Richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997 betreffende de door de Unice, het CEEP en het EVV gesloten raamovereenkomst inzake deeltijdarbeid

Mevrouw Lourdes Cachaldora Fernández, geboren 01-02-1956, heeft een vordering ingesteld tegen twee organen op het gebied van sociale zekerheid (het nationaal instituut en de algemene kas). Zij ageert tegen verschillen in de hoogte van de aan haar sinds april 2010 toegekende blijvende en volledige arbeidsongeschiktheidsuitkering die bestaat uit 55% van de maandelijkse berekeningsgrondslag (= € 347,03). De vordering wordt zowel in eerste instantie als in beroep afgewezen. In hoger beroep wordt besloten dat vragen aan het HvJEU zullen worden voorgelegd.
Verzoekster heeft bijdrage betaald tussen 1971 t/m 2010; dit zijn in totaal 5523 dagen, voor het grootste deel voltijds. Er zijn echter periodes waarin zij volgens deeltijdcoëfficiënt 125 werkte. Voor een periode van bijna vier jaar kan zij geen bewijs overleggen.
Het gaat verzoekster om de berekeningsgrondslag. De deeltijdperiodes zorgen voor een kink in de kabel want die worden anders berekend. Verzoekster meent echter dat de berekening zeer ten nadele van vrouwen, én in strijd met gemeenschapsrecht is.

Volgens de verwijzende SPA rechter hangt de beslechting van het geding af van de geldigheid van de SPA regeling inzake deeltijdwerk. Hij legt de volgende twee vragen aan het HvJEU voor:
1) Is een nationale bepaling zoals de zevende aanvullende bepaling, lid 1, regel 3, sub b, van de Spaanse Ley General de la Seguridad Social, die voornamelijk gevolgen heeft voor vrouwen en volgens welke de opvulling van bijdrageonderbrekingen die vallen binnen de periode voor de vaststelling van de berekeningsgrondslag van een op bijdragen gebaseerde blijvende arbeidsongeschiktheidsuitkering en volgen op deeltijdwerk, wordt berekend op basis van de telkens toepasselijke minimumbijdragegrondslagen zoals verminderd overeenkomstig de deeltijdcoëfficiënt van de aan de bijdrageonderbreking voorafgaande betrekking, terwijl zij niet worden verminderd indien sprake is van voltijdwerk, in strijd met artikel 4 van richtlijn 79/7/EEG van de Raad van 19 december 1978 betreffende de geleidelijke tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen op het gebied van de sociale zekerheid?
2) Is een nationale bepaling zoals de zevende aanvullende bepaling, lid 1, regel 3, sub b, van de Spaanse Ley General de la Seguridad Social, die voornamelijk gevolgen heeft voor vrouwen en volgens welke de opvulling van bijdrageonderbrekingen die vallen binnen de periode voor de vaststelling van de berekeningsgrondslag van een op bijdragen gebaseerde blijvende arbeidsongeschiktheidsuitkering en volgen op deeltijdwerk, wordt berekend op basis van de telkens toepasselijke minimumbijdragegrondslagen zoals verminderd overeenkomstig de deeltijdcoëfficiënt van de aan de bijdrageonderbreking voorafgaande betrekking, terwijl zij niet worden verminderd indien sprake is van voltijdwerk, in strijd met clausule 5, lid 1, sub a, van richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997 betreffende de door de Unice, het CEEP en het EVV gesloten raamovereenkomst inzake deeltijdarbeid?

Specifiek beleidsterrein: SZW

Gerelateerde documenten