C-550/14 Envirotec Denmark
Prejudiciële hofzaak
Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie
Termijnen: Motivering departement: 27 januari 2015 (Concept-) schriftelijke opmerkingen: 13 februari 2015 Schriftelijke opmerkingen: 13 maart 2015 Trefwoorden: btw (goud) Onderwerp - Richtlijn 98/80/EG van de Raad van 12 oktober 1998 tot aanvulling van het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde en tot wijziging van richtlijn 77/388/EEG – bijzondere regeling voor beleggingsgoud; - Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (Pb L 347, blz. 1)
Verzoekster is een btw-plichtig bedrijf in milieuproducten. Daarnaast is zij onder meer actief in de recycling van machines. Sinds oktober 2000 verhandelt zij edele metalen (goud, zilver, koper enz.). In het vierde kwartaal van 2011 koopt zij in 24 transacties staven van verschillende materialen, met een gemiddeld goudgehalte tussen 500 en 600/1000. Verkoopster heeft deze staven gesmolten uit van particulieren gekochte juwelen, bestek, horloges, industrieafval e.d. De staven gaan eerst naar de NL partner (Remondis Argentia BV) van verzoekster om de prijs aan de hand van het goudgehalte vast te stellen die aan verkoopster betaald diende te worden. In de creditnota van Remondis worden de staven omschreven als ‘goudstaven’. Vervolgens wordt de koopovereenkomst gesloten en de staven doorgeleverd aan het NL bedrijf. Verzoekster betaalt de btw en geeft deze aan in haar aangifte over het vierde kwartaal. Verkoopster betaalt geen btw en gaat even later failliet. De belastingdienst (verweerster) accepteert verzoeksters aftrek niet op grond van de door DEN toegepaste verleggingsregeling (artikel 198 lid 2 btw-RL). Verzoekster betwist dit besluit maar zowel de belastingRb als de Rb Helsingor bevestigen de uitspraak van verweerster. De zaak ligt nu voor in beroep bij de verwijzende rechter. Verzoekster leest in de btw-RL dat er voor goud twee fasen onderscheiden worden: grondstof en halfafgewerkt product. Zij concludeert dat schroot, met inbegrip van metaal- en goudschroot, onder artikel 199 lid 1, onder d van de btw-RL valt. Maar verweerster is van mening dat de staven in deze zaak niet als afgewerkt product kunnen gelden maar gezien het goudgehalte en de daarop gebaseerde marktwaarde worden vervaardigd met het oog op doorverkoop. Zij wijst ook op het doel van de bepaling om welk product het gaat in de ‘goudRL’ om belastingfraude te voorkomen. De vraag die de verwijzende DEN rechter (Gerechtshof voor Oost-Denemarken) moet beantwoorden is of de staven in kwestie al dan niet als ‘halffabrikaat’ moeten worden beschouwd. Hij legt het HvJEU onderstaande vraag, met toelichting, voor: „ Vallen staven, die bestaan uit een toevallige, grove samensmelting van divers goud bevattend metalen schrootmateriaal, onder de termen „goud of halffabrikaten” in de zin van artikel 198, lid 2, van de btw-richtlijn?” (toelichting: Als vaststaand kan worden aangenomen dat de staven bestaan uit een toevallige, grove samensmelting van divers goud bevattend metalen schrootmateriaal, en dat de staven naast goud ook organisch materiaal, bijvoorbeeld tanden, rubber, PVC en metalen/materialen, bijvoorbeeld koper, tin, nikkel, amalgaam, batterijresten met kwikzilver en lood alsook verschillende gifstoffen kunnen bevatten. Er is dus geen sprake van een goud bevattend product dat direct werd verwerkt tot een eindproduct. Voorts waren de staven een verwerkt product (een samensmelting) – bedoeld als een tussenstadium – met het oog op terugwinning van goud. De staven hebben een hoog gehalte aan goud van gemiddeld 500 en 600/1 000 en dus van ten minste 325/1 000 aan goud. Na terugwinning wordt het goud gebruikt voor (goud/goud bevattende) fabrikaten. Tot beantwoording van de vraag kan ook als vaststaand worden aangenomen dat de staven niet rechtstreeks onderdelen van andere producten kunnen vormen daar de staven eerst moeten worden verwerkt, waarbij de metalen worden gescheiden en de niet-metalen en toevallige stoffen enz. worden opgelost/gescheiden.) Specifiek beleidsterrein: FIN