C-60/25 Livronsa 

Contentverzamelaar

C-60/25 Livronsa 

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     26 maart 2025
Schriftelijke opmerkingen:                     12 mei 2025

Trefwoorden: artikel 101 VWEU, leningsovereenkomst, rente, Euribor Benchmark, verboden kartel

Onderwerp: artikel 101 VWEU (mededinging)

De partijen hebben een geschil over een beding in een leningsovereenkomst waarin wordt verwezen naar de Euribor Benchmark voor de berekening van rente. Uit besluiten van de Commissie en arrest C-883/19 van het Hof volgt dat de banken die de Euribor-benchmark bepaalden betrokken waren bij een verboden kartel. De vraag is nu of de manipulatie van de Euribor-benchmark tot gevolg heeft dat het contractuele beding nietig is.

Prejudiciële vragen:
In het licht van het bovenstaande moet worden verduidelijkt of, gelet op artikel 16, lid 1, van verordening (EG) nr. 1/2003, het bewijs van de manipulatie van de Euribor, zoals is vastgesteld in de hierboven aangehaalde besluiten van de Commissie en in het arrest van het Hof in zaak C-883/19, HSBC Holdings e.a. tegen de Commissie, ook voor de nationale rechterlijke instanties als definitief verkregen moet worden beschouwd en of de beperking van de mededinging waarop de beslissingen van de Commissie en het Hof betrekking hebben, betekent dat sprake is van een kartel dat op grond van artikel 101 VWEU alleen verboden is op de derivatenmarkt dan wel op elke markt waarin de gemanipuleerde Euribor-benchmark is toegepast.

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: arrest van 12 januari 2023, HSBC Holdings e.a./Commissie C-883/19, EU:C:2023:11; arrest van 14 december 1993, Soc. de vente de ciment et béton / Kerpen & Kerpe, C-319/82, EU:C:1983:374; arrest 30 januari 1974, BRT/SABAM, C-127/73, EU:C:1974:25

Specifiek beleidsterrein: EZ, FIN

Gerelateerde documenten