C-63/25 Z. Fundusz Inwestycyjny Zamkniety
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 21 maart 2025 Schriftelijke opmerkingen: 7 mei 2025
Trefwoorden: consumentenbescherming, financiële producten, beleggingsfonds
Onderwerp: Richtlijn 93/13 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten, artikel 2, onder b) en c), en artikel 3, lid 2; begrippen ‘consument’, ‘verkoper’.
Prejudiciële vragen: 1) Is een natuurlijke persoon die deelneemt aan een gesloten beleggingsfonds en die door dat fonds uitgegeven effecten op naam in de vorm van beleggingscertificaten verwerft een consument in de zin van artikel 2, onder b), van richtlijn 93/13, wanneer die certificaten worden verworven voor doeleinden die geen verband houden met een handels- of bedrijfsactiviteit of met het beroep van die persoon, die in hoofdzaak tot het fonds toetreedt om spaargeld te beleggen?
2) Is een gesloten beleggingsfonds een verkoper in de zin van artikel 2, onder c), van richtlijn 93/13, indien het uitsluitend tot doel heeft om geldmiddelen te beleggen die worden aangetrokken op grond van voorstellen tot verwerving van certificaten van belegging in bij wet gespecificeerde effecten, geldmarktinstrumenten en andere vermogensrechten?
3) Is een bepaling in de statuten van een gesloten beleggingsfonds een beding in een overeenkomst waarover niet afzonderlijk is onderhandeld in de zin van artikel 3, lid 2, van richtlijn 93/13, wanneer in die bepaling de rechten en verplichtingen van de deelnemers aan het fonds worden vastgesteld, waaronder de voorwaarden waaronder en de termijnen waarbinnen het fonds beleggingscertificaten van de deelnemers terugkoopt, in een situatie waarin de deelnemers de kans hebben gekregen om voorafgaand aan hun toetreding tot het fonds kennis te nemen van de statuten en zij de inhoud ervan bij schriftelijke verklaring hebben aanvaard bij het verwerven van de beleggingscertificaten?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie: arrest van 15 april 2010, C-215/08; arrest van 28 januari 2015, C-375/13; arrest van 15 mei 2014, C-359/12; arrest van 3 oktober 2019, C-208/18; arrest van 10 december 2020, Personal Exchange International, C-774/19; arrest van 27 januari 2021, Dexia Nederland, C-229/19 en C-289/19; arrest van 3 oktober 2019, , C-208/18; arrest van 2 april 2020, Reliantco Investments en Reliantco Investments Limassol Sucursala Bucureşti, C-500/18.
Specifiek beleidsterrein: EZ, JenV, FIN