C-652/15 Tekdemir

Contentverzamelaar

C-652/15 Tekdemir

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage reschts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   02 februari 2016
Concept schriftelijke opmerkingen:       19 februari 2016
Schriftelijke opmerkingen:                   19 maart 2016
Trefwoorden: verblijfsvergunning; associatieverdrag EEG/TUR; standstillbepaling

Onderwerp
Besluit nr. 1/80 van de Associatieraad EEG/Turkije van 19 september 1980

Verzoeker is geboren in 2014 uit TUR staatsburgers. Zijn moeder is in 2013 met een toeristenvisum DUI ingereisd en heeft asiel aangevraagd. De procedure is nog niet afgerond (voorlopige verblijfstitel). De vader woont sinds 2005 in DUI, heeft tussen 2009 – 2012 verschillende dienstbetrekkingen en werkt na 2013 in een deeltijdbaan en sinds 2014 voltijds. Vader heeft na een verblijfsvergunning om humanitaire redenen (tot 31-10-2013) nu een vergunning voor bepaalde tijd in de zin van de DUI verblijfswet jo. artikel 6 van besluit 1/80. Verzoekers ouders hebben samen voor hem gezorgd en zijn in september 2015 getrouwd. Op 10-07-2014 heeft verzoeker een verblijfsvergunning aangevraagd. Dit verzoek is 27-07-2015 afgewezen, tegen welk besluit op 17-08-2015 beroep is ingesteld. Verweerder (Kreis Bergstrasse) heeft gesteld dat verzoekers verblijf wordt geduld in afwachting van de procedure van de moeder. Verzoeker voldoet niet aan de voorwaarden voor verblijf. Verweerder heeft weliswaar een beoordelingsmarge maar is niet verplicht deze in het voordeel van verzoeker aan te wenden. Verzoeker voert de juridische status van zijn vader op en stelt dat hij op basis van de standstillbepaling van artikel 13 van besluit 1/80 recht heeft op gezinshereniging. Hij wijst op rechtspraak van het Bundesverfassungsgericht over artikel 6 DUI Gw (bescherming huwelijk en gezin). Verweerder stelt dat, nu de vader noch als asielgerechtigde noch als vluchteling erkend is, het gezins- en huwelijksleven ook in TUR voortgezet kan worden.

De verwijzende DUI rechter (Verwaltungsbericht Darmstadt) stelt vast dat op grond van de DUI wet verzoeker sinds zijn geboorte legaal in DUI verblijf heeft. Het HvJEU heeft bepaald dat nieuwe beperkingen alleen dan geen schending van de standstillbepaling zijn indien zij gerechtvaardigd worden door een dwingende reden van algemeen belang. De belangrijkste vraag voor de verwijzende DUI rechter is dan ook of het doel van een efficiënt beheer van de migratiestromen een dwingende reden van algemeen belang vormt ten aanzien van artikel 13 van besluit 1/80. Hij legt de volgende vragen aan het HvJEU voor:
1) Vormt het doel van een efficiënt beheer van de migratiestromen een dwingende reden van algemeen belang die grond kan opleveren om een op het grondgebied van de Bondsrepubliek geboren Turks staatsburger de vrijstelling te weigeren van de vereiste van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, waarop hij aanspraak zou kunnen maken op grond van de standstillbepaling van artikel 13 van besluit nr. 1/80 van de Associatieraad EEG/Turkije van 19 september 1980 betreffende de ontwikkeling van de associatie?
2) Indien deze vraag door het Hof van Justitie van de Europese Unie bevestigend zou worden beantwoord: welke kwalitatieve eisen moeten aan een „dwingende reden van algemeen belang” uit het oogpunt van het doel van een efficiënt beheer van de migratiestromen worden gesteld?
Specifiek beleidsterrein: VenJ/DMB

Gerelateerde documenten