C-681/17 slewo

Contentverzamelaar

C-681/17 slewo

online verkoop matrassen

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie.

Termijnen: Motivering departement:    30 januari 2018
Schriftelijke opmerkingen:                    16 maart 2018

Trefwoorden: consumentenrechten

Onderwerp:

-           Richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten, tot wijziging van richtlijn 93/13/EEG van de Raad en van richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijn 85/577/EEG en van richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad;

Feiten:

Verweerster is een online handelaar die onder meer matrassen verkoopt. Op 25.10.2014 bestelde verzoeker via de website van verweerster matras voor een aankoopprijs van €1.094,52. Op verzoekers factuur van 26.11.2014 werd verwezen naar de afgedrukte algemene voorwaarden die ook ‘informatie over het recht van herroeping door de consument’ bevatten. Daarin staat onder meer te lezen dat verweerster de kosten voor het terugzenden van de goederen voor haar rekening zal nemen en dat het herroepingsrecht voortijdig vervalt bij overeenkomsten over de levering van verzegelde goederen die om redenen van gezondheidsbescherming of hygiëne niet geschikt zijn om te worden teruggezonden, wanneer hun verzegeling na de levering werd verwijderd. De matras was bij levering aan verzoeker voorzien van een beschermfolie die verzoeker achteraf verwijderde. Op 09.12.2014 verzond verzoeker een email naar verweerster met het verzoek om retourtransport. Aangezien verweerster het aangevraagde retourtransport niet regelde, liet verzoeker het transport zelf uitvoeren voor een prijs van €95,59. De rechtsvordering tot teruggaaf van de aankoopprijs en transportkosten, in totaal €1.190,11, vermeerderd met rente, alsook tot vrijwaring voor precontentieuze advocatenhonoraria, is voor de lagere rechtbanken succesvol geweest. De appelrechter heeft vervolgens in overweging genomen dat een matras geen artikel voor persoonlijke hygiëne is in de zin van §312g het Duits burgerlijk wetboek en dat bijgevolg ook na het verwijderen van de beschermfolie herroeping door verzoeker niet uitgesloten was. In het beroep tot Revision, dat de appelrechter heeft toegestaan, concludeert verweerster nog steeds tot afwijzing van de vordering.

Overweging:

De beslechting van onderhavig geding is in eerste instantie afhankelijk van het feit of artikel 16e) van de richtlijn aldus moet worden uitgelegd dat zij ook van toepassing is op bijvoorbeeld matrassen die bij normaal gebruik nauw met het menselijk lichaam in aanraking kunnen komen. De standpunten dienaangaande lopen uiteen. Indien de eerste prejudiciële vraag bevestigend wordt beantwoord, rijst de extra vraag welke eisen aan de verzegeling van dergelijke goederen moeten worden gesteld, in het bijzonder of niet alleen moet worden gegarandeerd dat een verbroken verzegeling niet ongedaan kan worden gemaakt maar ook dat uit de omstandigheden duidelijk blijkt dat het niet louter om een transportverpakking gaat, maar om een verzegeling wegens redenen van gezondheid of hygiëne. Tot slot rijst dan nog de vraag welke informatie de handelaar aan de consument dient te verschaffen over de omstandigheden waarin de consument het hem toekomende herroepingsrecht verliest bij op afstand gesloten verkoopovereenkomsten over de hier in het geding zijnde verzegelde goederen.

Prejudiciële vragen:

1. Moet artikel 16, onder e), van de richtlijn consumentenrechten aldus worden uitgelegd dat de aldaar bedoelde goederen die om redenen van gezondheidsbescherming of hygiëne niet geschikt zijn om te worden teruggezonden, ook goederen (zoals matrassen) omvatten die weliswaar bij normaal gebruik rechtstreeks met het menselijke lichaam in aanraking kunnen komen maar die de handelaar door gepaste (reinigings)maatregelen opnieuw geschikt kan maken voor de verkoop?
2. Bij een bevestigend antwoord op de eerste vraag:
a) Aan welke voorwaarden moet een verpakking van een goed voldoen om te kunnen spreken van een verzegeling in de zin van artikel 16, onder e), van de richtlijn consumentenrechten? en
b) Moet de informatie die de handelaar krachtens artikel 6, lid 1, onder k), van de richtlijn consumentenrechten vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst dient te verstrekken, derwijze worden verstrekt dat de consument onder concrete verwijzing naar het voorwerp van de koop (hier: een matras) en de verzegeling ervan erop geattendeerd wordt dat hij bij verwijdering van de verzegeling het herroepingsrecht verliest?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-185/10

Specifiek beleidsterrein: JenV; EZK