C-685/23 Corner and Border

Contentverzamelaar

C-685/23 Corner and Border

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak , en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:    7 februari 2024
Schriftelijke opmerkingen:                    24 maart 2024

Trefwoorden: zegelrecht, belastingen

Onderwerp: Richtlijn 2008/7/EG van de Raad van 12 februari 2008 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal: artikel 5, lid 2, onder b) en artikel 6, lid 1, onder d).

Feiten:

Verzoekende partij is ‘Corner and Border SA’ (hierna: C&B), een naamloze vennootschap naar Portugees recht met statutaire zetel in Lissabon.  Verwerende partij is ‘Autoridade Tributária e Aduaneira’, de belasting- en douanedienst in Portugal (hierna: belastingdienst). C&B heeft op 27 januari 2022 een financieringsovereenkomst gesloten, de ‘Facilities Agreement’, op grond waarvan een obligatielening is uitgeschreven uit op naam gestelde obligaties. Ter waarborging van nakoming van alle verbintenissen en aansprakelijkheden uit hoofde van de Facilities Agreement hebben partijen bepaalde zaken of persoonlijke garanties verstrekt middels een garantieovereenkomst. De notaris die voor beide overeenkomsten een akte heeft afgegeven, heeft hierover zegelrecht geheven, wat resulteerde in een belasting van meer dan 2 miljoen euro. C&B heeft tegen de handeling van het heffen van zegelrecht bezwaar aangetekend bij de belastingdienst en later een vordering tot arbitrage ingesteld.

Overweging:

De verwijzende rechter twijfelt of de verplichtingen die voortvloeien uit de overeengekomen obligatielening, met de lening ‘verband houdende formaliteiten’ vormen in de zin van artikel 5, lid 2, onder b) van richtlijn 2008/7. Deze bepaling stelt dat lidstaten geen enkele indirecte belasting heffen ter zake van leningen afgesloten tegen uitgifte van obligaties en ‘alle daarmee verband houdende formaliteiten’. Deze formaliteiten hangen volgens de rechtspraak van het Hof nauw samen met een verrichting voor het bijeenbrengen van kapitaal in haar geheel beschouwd. Het verschil met die rechtspraak is volgens de verwijzende rechter dat die situatie zag op clearingdiensten bij de verkoop van aandelen, terwijl in deze zaak het gaat om verstrekking van garanties in het kader van een inschrijving op obligaties. Het is de verwijzende rechter daarmee niet duidelijk of het zegelrecht geheven mag worden over de garanties die verstrekt zijn bij het uitgeven van obligatie-emissies.

Prejudiciële vragen:

1) Moet artikel 5, lid 2, onder b), van richtlijn 2008/7/EG van de Raad van 12 februari 2008 aldus worden uitgelegd dat het zich ertegen verzet dat bepaalde garanties – in de vorm van pandrechten op aandelen, op banktegoeden en op aandeelhoudersleningen, alsmede cessies van gewaarborgde schuldvorderingen – die zijn verstrekt in het kader van een obligatie-emissie, worden onderworpen aan zegelrecht?

2) Maakt het voor het antwoord op de eerste prejudiciële vraag verschil of de verstrekking van garanties een wettelijke verplichting dan wel een facultatieve, vrijwillig overeengekomen verbintenis is?

3) Maakt het voor het antwoord op de eerste prejudiciële vraag verschil dat de garanties zijn verstrekt in het kader van een obligatie-emissie waarop is ingeschreven door een bankentiteit waarvan de positie van inschrijver op initiatief van de uitgevende instelling kan worden overgedragen, ook als die overdracht is onderworpen aan bepaalde voorwaarden en aan sancties/provisies?

4) Moet artikel 6, lid 1, onder d), van richtlijn 2008/7/EG van de Raad van 12 februari 2008 aldus worden uitgelegd dat voornoemde garanties (pandrechten op aandelen, op banktegoeden en op aandeelhoudersleningen, alsmede cessies van gewaarborgde schuldvorderingen), die zijn verstrekt in het kader van een obligatie-emissie die is onderworpen aan artikel 5, lid 2, onder b), van die richtlijn, binnen de werkingssfeer van eerstgenoemde bepaling vallen?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-573/16 Air Berlin; C-656/21 IM Gestão de Ativos e.a.; C-335/22 A SA v Autoridade Tributária e Aduaneira

Specifiek beleidsterrein: FIN-fiscaal

Gerelateerde documenten