Commissie beoordeelt toepassing van EU-recht in 2008

Contentverzamelaar

Commissie beoordeelt toepassing van EU-recht in 2008

De Europese Commissie heeft haar jaarlijkse verslag over de controle op de toepassing van het gemeenschapsrecht gepubliceerd. In het verslag staat een aantal interessante noties. Zo maakt de Commissie bekend dat zij in 2008 geen enkel beroep bij het EU-Hof heeft ingesteld teneinde de nakoming van een arrest van het Hof te verzekeren. In 2007 stelde zij nog 7 keer beroep in.

Het betreft de zogenoemde ‘artikel 228- procedure’ die de Commissie kan instellen bij het Hof als zij van mening is dat een lidstaat een arrest van het Hof niet (voldoende) heeft uitgevoerd. Een veroordelend arrest op basis van dit artikel kan leiden tot hoge dwangsommen of boetes. In het EU-werkingsverdrag staat deze mogelijkheid in artikel 260. De Commissie kondigt in het verslag aan dat zij in 2010 een nieuwe mededeling zal publiceren over de toepassing van artikel 260 EU-Werkingsverdrag.

Andere zaken die opvallen in het verslag:

  • Over de ‘gewone’ inbreukprocedures (inbreuk op het gemeenschapsrecht) deelt de Commissie mee dat in 94% van de gevallen de zaak werd afgedaan vóór een arrest van het Hof van Justitie.
  • Het Hof van Justitie deed inbreukzaken sneller af: de gemiddelde omlooptijd is teruggebracht van 27 naar 24 maanden.
  • 55% van de Europese wetgeving die moet worden omgezet door de lidstaten werd te laat omgezet in 2008.
  • Bij inbreukprocedures kiest de Europese Commissie een meer systematische aanpak. Zij kiest onderwerpen uit waaraan zij prioriteit geeft. In 2008 werd volgens de Commissie streng opgetreden tegen inbreuken op milieuwetgeving.