Commissie neemt uitvoeringsverordening aan met betrekking tot de Digitalemarktenverordening (DMA)

Contentverzamelaar

Commissie neemt uitvoeringsverordening aan met betrekking tot de Digitalemarktenverordening (DMA)

De uitvoeringsverordening van de Commissie bevat onder meer regels voor kennisgevingen, verzoeken, verslagen en andere indieningen van informatie op grond van de DMA. Ook voorziet de uitvoeringsverordening in regels met betrekking tot inzage in het dossier van de Commissie.

Achtergrond

De digitalemarktenverordening (DMA) dient te zorgen voor een gelijk speelveld voor alle digitale bedrijven, ongeacht hun omvang. De verordening stelt duidelijke regels vast voor grote onlineplatforms en heeft tot doel om te voorkomen dat een platform de regels op de digitale markt bepaalt doordat het zeggenschap heeft over ten minste één zogenoemde kernplatformdienst. Kernplatformdiensten zijn diensten zoals onlinezoekmachines, sociale netwerken en clouddiensten.

De Europese Commissie is op grond van artikel 46 van de DMA bevoegd om uitvoeringshandelingen vast te stellen met gedetailleerde regelingen voor de toepassing van bepaalde aspecten van die verordening. Op 14 april 2023 heeft de Commissie een dergelijke uitvoeringshandeling vastgesteld. Het gaat om uitvoeringsverordening 2023/814.

Inhoud van de uitvoeringsverordening

De uitvoeringsverordening bevat regels voor met name kennisgevingen, verzoeken, verslagen en andere indieningen van informatie op grond van de DMA. Het gaat bijvoorbeeld om een kennisgeving dat een onderneming die kernplatformdiensten aanbiedt, voldoet aan de vereisten om als ‘poortwachter’ te kunnen worden beschouwd (artikel 3, lid 1, DMA).

Daarnaast bevat de uitvoeringsverordening regels voor het opstarten van  procedure(s) op grond van artikel 29 van de DMA. Het gaat om de procedure waarbij de Commissie vaststelt dat een poortwachter niet voldoet aan bepaalde voorwaarden, waaronder de naleving van verplichtingen op grond van de DMA.

Verder bevat de uitvoeringsverordening regels met betrekking tot de uitoefening van het recht om te worden gehoord als bedoeld in artikel 34 van de DMA. Dit recht moet worden geëerbiedigd wanneer de Commissie bepaalde besluiten neemt op grond van de DMA. Ook voorziet de uitvoeringsverordening in regels met betrekking tot inzage in het dossier van de Commissie.

Meer informatie: