Eerste EU-verdragswijziging na Lissabon staat voor de deur

Contentverzamelaar

Eerste EU-verdragswijziging na Lissabon staat voor de deur

Enkele maanden na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon is er alweer een nieuwe verdragswijziging aanstaande. Het Europees Parlement gaat akkoord met een voorstel van de Raad om een Intergouvernementele Conferentie bijeen te roepen om het Verdrag aan te passen.

De aanpassing wordt wenselijk gevonden omdat het Europees Parlement nu 736 leden telt, maar volgens het Verdrag van Lissabon is een aantal van 754 leden mogelijk. Volgens het oorspronkelijke plan zouden de EP-verkiezingen plaatsvinden na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon. Maar de moeizame ratificatieprocedure gooide roet in het eten. Daarom zijn de huidige EP-leden afgelopen zomer verkozen op basis van het Verdrag van Nice, dat een maximum van 736 leden kende. Om het aantal EP-leden al voor de eerstvolgende EP-verkiezingen van 2014 te wijzigen is een wijziging van het Verdrag noodzakelijk

Het Europees Parlement is het met de Raad eens dat het voor de wijziging voldoende is om een IGC (Intergouvernementele Conferentie) te houden. Het bijeenroepen van een Conventie ter voorbereiding van de verdragswijziging vindt het EP niet nodig. Een Conventie bestaat uit vertegenwoordigers van nationale parlementen, staatshoofden en regeringsleiders, EP en de Commissie. De organisatie ervan is zeer tijdrovend.

Het EU-Verdrag (artikel 48. lid 3) maakt het mogelijk om ervoor te kiezen geen Conventie bijeen te roepen. Dit besluit van de Europese Raad moet wel eerst goedgekeurd worden door het Europees Parlement. Die goedkeuring komt er nu dus.

De lidstaten zullen de aanpassing in de vorm van een wijziging van het Protocol nr. 36 inzake de overgangsbepalingen na het besluit van de IGC moeten ratificeren. Die procedure kan dus nog wel enige tijd in beslag nemen. Tot die tijd hebben de 18 aspirant-leden, waaronder één Nederlands lid, de status van waarnemer in het EP.