EU-Hof verlangt specifieke motivering voor weigering vrijgave van documenten

Contentverzamelaar

EU-Hof verlangt specifieke motivering voor weigering vrijgave van documenten

Het EU-Hof heeft bepaald dat de weigering van de Europese Commissie om gevoelige documenten vrij te geven onvoldoende gemotiveerd was. Het betrof documenten over interne discussies binnen de Commissie over de gevolgen van een eerder arrest van het Gerecht van de EU.

In 2002 vernietigde het Gerecht het veto dat de Commissie had uitgesproken over de fusie tussen twee touroperators, Airtours en First Choice. In reactie hierop liet de Commissie een werkgroep bestaande uit ambtenaren van DG Concurrentie en de Juridische Dienst uitzoeken of het opportuun was hoger beroep in te stellen tegen dit arrest. De werkgroep publiceerde haar bevindingen in een intern rapport. In het kader van een schadevergoedingsactie tegen de Commissie verzocht Gevraagd besluit

MyTravel (de opvolger van Airtours) de Commissie onder meer om toegang tot dit rapport en de documenten ter voorbereiding daarvan.

De Commissie had op zeer algemene gronden geweigerd inzage te verlenen in deze interne documenten. Het Gerecht billijkte in zijn arrest van 9 september 2008 (T-403/05) deze weigering van de Commissie. Zweden was het hier niet mee eens en heeft tegen dit arrest bij het EU-Hof hoger beroep ingesteld. Volgens de Zweedse regering had het Gerecht te gemakkelijk geoordeeld dat de betrokken documenten niet openbaar gemaakt dienden te worden.

Het EU-Hof benadrukt in zijn arrest van 21 juli 2011 dat interne documenten van een EU-instelling onder de reikwijdte van de Europese openbaarheidsverordening (ook wel Eurowob genoemd) vallen. Ook interne documenten over de implicaties van een gerechtelijke uitspraak zijn in beginsel openbaar, tenzij een van de uitzonderingen van de Eurowob van toepassing is. Hierbij kan gedacht worden de bescherming van het besluitvormingsproces. Maar voor een succesvol beroep op een uitzonderingsgrond moet de betrokken EU-instelling concreet aangeven waarom toegang tot het gevraagde document zou leiden tot ondermijning van het te beschermen belang. Een onderbouwing in algemene termen is daarbij dus niet voldoende, aldus het Hof.

Het EU-Hof heeft de zaak teruggewezen naar het Gerecht. Naar alle waarschijnlijkheid zal het Gerecht het besluit van de Commissie vernietigen. De Commissie zal dan opnieuw moeten bekijken of toegang tot de gevraagde documenten kan worden verleend, met inachtneming van de uitspraak van het Hof.