EU-Hof wijst arrest over gunstigere normen in de zin van de EU-Asielkwalificatierichtlijn

De verlening van een verblijfstitel op een grond die geen verband houdt met de situatie in het land van herkomst van de verzoeker, houdt geen verband met de logica van internationale bescherming. De nationale regeling die in een dergelijke grond voorziet kan daarom niet worden aangemerkt als een ‘gunstigere norm’ in de zin van de EU-Asielkwalificatierichtlijn. Dit heeft tot gevolg dat een EU-lidstaat op basis van een dergelijke grond geen internationale bescherming in de zin van die richtlijn kan verlenen. Dat is het antwoord van het EU-Hof op een prejudiciële vraag van een Tsjechische rechter.