EU-richtlijn inzake toereikende minimumlonen aangenomen

Contentverzamelaar

EU-richtlijn inzake toereikende minimumlonen aangenomen

De richtlijn bevat procedures voor de toereikendheid van wettelijke minimumlonen, bevordert collectieve onderhandelingen over loonvorming en verbetert de daadwerkelijke toegang tot bescherming door minimumlonen voor werknemers die hier volgens de nationale wetgeving recht op hebben.

Achtergrond

Op 28 oktober 2020 presenteerde de Commissie een voorstel voor een richtlijn inzake toereikende minimumlonen in de EU. (zie het ECER-bericht over het voorstel). Aanleiding voor het voorstel was de omstandigheid dat in veel lidstaten de minimumlonen of de bescherming hiervan volgens de Commissie niet adequaat zijn. Toereikende minimumlonen dragen bij aan het verbeteren van de werk- en leefomstandigheden, het verminderen van loonongelijkheid, het versterken van de prikkel om te werken, het verkleinen van de loonkloof tussen mannen en vrouwen en het waarborgen van eerlijke concurrentie.

Na 8 onderhandelingsronden bereikten de onderhandelaars van de Raad en het Europees Parlement op 7 juni overeenstemming over een gemeenschappelijk standpunt. De Raad gaf op 4 oktober groen licht aan de richtlijn inzake toereikende minimumlonen. Op 25 oktober werd de richtlijn in het Publicatieblad van de EU gepubliceerd.

Belangrijkste elementen van de richtlijn

  • Toereikendheid van wettelijke minimumlonen

Lidstaten met wettelijke minimumlonen wordt verzocht een procedureel kader in te stellen om deze minimumlonen aan de hand van duidelijke criteria vast te stellen en aan te passen. Het wettelijk minimumloon wordt ten minste om de 2 jaar aangepast (of, voor landen die gebruikmaken van een automatisch indexeringsmechanisme, ten minste om de 4 jaar). De richtlijn schrijft de lidstaten echter geen specifieke ondergrens voor het minimumloon voor.

  • Bevordering van collectieve onderhandelingen over loonvorming

Eén van de doelstellingen van de richtlijn is om ervoor te zorgen dat er voor meer werknemers collectieve onderhandelingen over loonvorming komen. Om dat doel te bereiken moeten landen ervoor zorgen dat sociale partners beter in staat zijn om collectieve onderhandelingen aan te gaan. Wanneer de dekkingsgraad van collectieve onderhandelingen bijvoorbeeld lager is dan 80 procent, moeten de lidstaten een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen. Het actieplan moet een duidelijk tijdschema en specifieke maatregelen bevatten om de dekkingsgraad te verhogen

  • Daadwerkelijke toegang tot bescherming door minimumlonen

In de richtlijn staat dat de lidstaten maatregelen moeten nemen om de toegang van werknemers tot bescherming door wettelijke minimumlonen te verbeteren. Het kan gaan om controles door arbeidsinspecties, gemakkelijk toegankelijke informatie over de bescherming door minimumlonen en het versterken van de capaciteit van handhavingsautoriteiten om maatregelen te nemen tegen werkgevers die zich niet aan de regels houden.

Meer informatie: