EU-Richtsnoeren voor behandeling van verzoeken aan internetzoekmachines om “vergeten te worden”

Contentverzamelaar

EU-Richtsnoeren voor behandeling van verzoeken aan internetzoekmachines om “vergeten te worden”

Internetzoekmachines moeten wereldwijd het EU-recht om vergeten te worden eerbiedigen. Meldingen dat koppelingen naar specifieke websites verwijderd zijn, moeten achterwege blijven. Over deze en andere richtsnoeren hebben de privacy toezichthouders van de EU-lidstaten overeenstemming bereikt.

Het overlegorgaan van de Europese privacy-toezichthouders, verenigd in de “artikel 29” werkgroep, heeft de richtsnoeren opgesteld om duidelijk te maken op welke wijze het arrest van het EU-Hof in de zaak C-131/12, Google Spain tegen C. door hen zal worden toegepast.

De exploitanten van internetzoekmachines zijn volgens het Hof gegevensverwerkers en als zodanig verantwoordelijk voor verwerking van persoonsgegevens in de zin van artikel 2 van Richtlijn 95/46/EG inzake bescherming van persoonsgegevens.

De exploitant van een internetzoekmachine moet op verzoek van een belanghebbende onder bepaalde voorwaarden de koppeling naar een webpagina met informatie over die persoon uit de resultatenlijst verwijderen (de-listing). Bij afwijzing van een dergelijk verzoek mag deze persoon de kwestie aan de bevoegde toezichthouder of rechter voorleggen, zodat de benodigde controle kan worden uitgevoerd en een besluit kan worden genomen in overeenstemming met hun bevoegdheden onder nationaal recht.

In elk individueel geval moet het gerechtvaardigde belang van internetgebruikers, die potentieel toegang tot de betrokken informatie willen krijgen, worden afgewogen tegen de grondrechten op privéleven en op bescherming van persoonsgegevens die de betrokkene heeft op grond van het EU-Handvest van de Grondrechten. De economische belangen van een exploitant kunnen een beperking van deze grondrechten nooit rechtvaardigen. Aan deze grondrechten moet volgens het Hof doorgaans voorrang worden gegeven. Dit moet echter wel per zaak bekeken worden. De rol die betrokkene in het openbare leven speelt kan bijvoorbeeld van invloed zijn op het gewicht dat moet worden toegekend aan het publieke belang. Op deze wijze kan een aantal factoren een rol spelen in de besluitvorming.

De artikel 29 werkgroep heeft nu richtsnoeren uitgebracht waarin wordt beschreven op welke wijze de uitspraak door hen geïmplementeerd zal worden. Het document bevat een algemene interpretatie van de uitspraak en concrete criteria die een consistente klachtenafhandeling moeten verzekeren.

Hoewel iedereen het recht heeft op gegevensbescherming onder Europees recht, zullen de toezichthouders de focus leggen op klachten waarin er een link is tussen betrokkene en EU, bijvoorbeeld als inwoner of als onderdaan van een EU-lidstaat. De klachten zullen worden behandeld als formele klachten volgens artikel 28, lid 4 van de richtlijn.

Hiernaast is het bijzonder belangrijk voor de effectiviteit van de gegevensbescherming dat EU recht niet omzeild kan worden. Dit betekent dat de vereiste verwijdering van de relevante gegevens moet worden gerealiseerd op alle relevante domeinen, ook op .com domeinen. Het argument dat internetgebruikers doorgaans via hun nationale domeinen zullen zoeken biedt onvoldoende bescherming van persoonsgegevens.

Een ander punt is dat in de praktijk aan internetgebruikers vaak zichtbaar wordt gemaakt dat er specifieke koppelingen naar websites om redenen van gegevensbescherming niet zichtbaar zijn. Dit doet afbreuk aan het doel van de-listing. Exploitanten van zoekmachines wordt geadviseerd een algemene opmerking op hun website te plaatsen dat er zoekresultaten kunnen ontbreken in verband met gegevensbescherming. 

Ook websitebeheerders hoeven niet geïnformeerd te worden over de verwijdering van de koppeling naar hun website. Een dergelijke mededeling valt zelfs in veel gevallen onder verwerking van persoonsgegevens en is niet legitiem zonder rechtsgrond. De artikel 29 werkgroep moedigt de exploitanten van zoekmachines wel aan om, in verband met gerechtvaardigde verwachtingen van websitebeheerders, de criteria beschikbaar te maken die worden gehanteerd bij de behandeling van verwijderingsverzoeken.

Verder heeft de werkgroep dertien concrete criteria opgesteld op basis van een eerste analyse van tot dusver ontvangen klachten. Deze criteria kunnen worden gebruikt bij het bepalen of in overeenstemming met de gegevensbeschermingswetgeving is gehandeld, maar zijn niet dwingend. De criteria zullen worden toegepast in overeenstemming met nationale wetgeving en moeten worden gezien als flexibel werkinstrument. Elk criterium moet worden toegepast in het licht van de beginselen die het Hof heeft vastgesteld en specifiek in het licht van de publieke interesse bij toegang tot de informatie.

Lees de volledige richtsnoeren hier.