Europese Commissie brengt jaarrapportage 2021 uit over de naleving van Europees recht door lidstaten

Contentverzamelaar

Europese Commissie brengt jaarrapportage 2021 uit over de naleving van Europees recht door lidstaten

Ieder jaar publiceert de Europese Commissie een jaarrapport over de monitoring van de toepassing van Europees recht door lidstaten gedurende het afgelopen jaar. De rapportage bevat zowel overzichten per lidstaat als gegevens over wat de Commissie doet om naleving te bewerkstelligen. Het overzicht over 2021 toont onder meer de cijfers over het aantal inbreukzaken per beleidsterrein en per lidstaat, zowel over het jaar 2021 als over de afgelopen vijf jaar. Nederland is in het totaaloverzicht over het minste aantal inbreukzaken van de derde naar de zevende plaats verplaatst.

De jaarrapportage 2021 is hier te downloaden. In 2021 opende de Europese Commissie in totaal 847 nieuwe inbreukzaken tegen diverse lidstaten. Dit is een daling ten opzichte van 2020, toen de Commissie 903 nieuwe zaken opende. Van de 847 zaken gingen de meeste (167) over het dossier F inanciële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten van de EU. Het minste aantal zaken (11) gingen over het dossier Maritieme zaken en visserij.

Aan het einde van 2021 stonden nog 1 930 inbreukzaken open, hetgeen een stijging is ten opzichte van 2020 (1 786). De meeste open zaken aan het einde van 2021 betroffen Milieuzaken (356), het minste aantal betroffen het dossier Landbouw en stedelijke ontwikkeling (15).

In 2021 opende de Commissie 571 nieuwe zaken wegens te late omzetting van richtlijnen door lidstaten. Dit is een daling ten opzichte van 2020 (599). De meeste van de 571 nieuwe zaken hadden betrekking op het dossier F inanciële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten van de EU (152); het minste aantal op Milieu (5).

De jaarrapportage 2021 omvat ook gegevens over het type inbreuk per lidstaat. Voor Nederland geldt dat er 10 zaken wegens inbreuken op verordeningen, verdragen, besluiten werden gestart, 16 zaken over inbreuken wegens onjuiste omzetting en/of toepassing van richtlijnen en 27 zaken over inbreuken wegens te late omzetting. In totaal werden er dus 53 inbreukzaken tegen Nederland gevoerd in 2021. Daarmee staat Nederland op de zevende plek, achter bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk dat op de eerste plek staat met 23 inbreukzaken in 2021 en voor Spanje dat op de achtentwintigste plek in het totaaloverzicht staat met 105 inbreukzaken in 2021.

In 2021 opende de Commissie 246 nieuwe EU-Pilot zaken. Dit is een stijging ten opzichte van 2020, toen de Commissie 212 nieuwe EU-Pilot zaken opende. De meeste van de 246 zaken (55) hadden betrekking het dossier Migratie en binnenlandse zaken. Het minste aantal (1) op het dossier Mededinging, het dossier Klimaatactie en het dossier Communicatie netwerken, content en technologie.

Het jaarrapport bevat ook gegevens over het aantal nieuwe EU-Pilot zaken, in kaart gebracht over de periode 2017-2021. Daaruit blijkt onder meer dat het aantal nieuwe EU-Pilot zaken zich ontwikkelde van 17 zaken in 2017 naar 246 in 2021. Voor het aantal behandelde zaken ontwikkelde de cijfers zich van 512 in 2017 naar 246 in 2021. Het aantal openstaande zaken aan het eind van 2017 bedroeg 839 en eind 2021 561.

In 2021 registreerde de Commissie 4 276 nieuwe klachten over beweerde of potentiële inbreuken op EU-recht. Dit is een stijging ten opzichte van 2020, toen het er 3 727 waren. De meeste van die 4 276 zaken hadden betrekking op het dossier Justitie en fundamentele rechten en burgerschap (1349); het  minste (9) op Maritieme zaken en visserij.

In de loop van de periode 2017-2021 ontwikkelde het aantal geregistreerde klachten zich als volgt. Het aantal nieuwe klachten bedroeg in 2017 3 786 en in 2021 4 276. Het aantal behandelde klachten: 3 611 (2017) en 4 298 (2021). Het aantal openstaande klachten aan het einde van het jaar: 3 611 (2017) en 3 706 (2021).

De gemiddelde tijd (in weken) nodig om een beslissing te nemen in deze klachtenzaken bedroeg in 2017 37 weken en in 2021 46 weken. Voor EU Pilot zaken waren dat in 2017 90 weken en in 2021 145 weken. In inbreukzaken waren dat er in 2017 90 weken en in 2021 117 weken. Let op: bepaalde EU-Pilot zaken of klachten worden in sommige tabellen meer dan eens meegerekend (bijvoorbeeld als een initiële klacht wordt omgezet naar een EU-Pilot zaak of een inbreukzaak).

In het Staff Working document (EN) van de Commissie is meer uitleg te vinden over de statistische data en methodiek.

Hoe doet Nederland het?
Op de website van de Commissie is ook informatie te vinden over het aantal inbreukzaken per beleidsterrein en zijn tevens individuele lidstaatoverzichten beschikbaar. Die van Nederland is hier in te zien. Daaruit blijkt onder meer dat de Commissie in 2021 26 nieuwe inbreukzaken opende tegen Nederland (in 2020 waren dat er nog 17) door een formele ingebrekestellingsbrief te sturen op grond van artikel 258 EU-Werkingsverdrag. De meeste van die 26 zaken (6) hadden betrekking op het dossier F inanciële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten van de EU en op het dossier Transport en mobiliteit.

Eind 2021 stonden er nog 53 inbreukzaken open tegen Nederland. De meeste daarvan (10) hadden betrekking op het dossier F inanciële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten van de EU.

In 2021 opende de Commissie 20 nieuwe zaken tegen Nederland vanwege het nalaten om richtlijnen tijdig om te zetten. Dat waren er in 2020 nog 12. De meeste van deze 20 zaken hadden betrekking op het dossier F inanciële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten van de EU (6).

In 2021 opende de Commissie 6 nieuwe EU-Pilot zaken tegen Nederland. Over de periode 2017-2021 ontwikkelden de cijfers zich als volgt: Het aantal geregistreerde EU-Pilot zaken ging van 4 (2017) naar 6 (2021). Het aantal behandelde zaken was 13 (2017) en 8 (2021). Het aantal openstaande zaken bedroeg eind 2017 23 zaken en eind 2021 18 zaken. Het oplossingspercentage van EU-Pilotzaken-antwoorden bedroeg 88 procent.

In 2021 registreerde de Commissie 171 nieuwe klachten over beweerde of potentiële inbreuken op EU-recht tegen Nederland. In 2020 waren dat er nog 144. De meeste van de 171 klachten (50) hadden betrekking op het dossier Interne markt, industrie, ondernemerschap en KMO’s en op het dossier Belasting en douane unie. Het aantal geregistreerde nieuwe klachten tegen Nederland in de periode 2017-2021 ontwikkelde zich van 85 (2017) naar 171 (2021). Het aantal afgehandelde klachten bedroeg 85 in 2017 en 171 in 2021. Het aantal openstaande klachten aan het eind van het jaar bedroeg 65 (2017) en 198 (2021).

Meer informatie
Website Europese Commissie
ECER- EU-essentieel: inbreukprocedures
ECER-bericht: Europese Commissie publiceert jaarverslag 2020 over uitvoering van het EU-recht op nationaal niveau (23 juli 2021)
ECER-Bericht: Aantal nieuwe inbreukprocedures in 2019 met meer dan 20 procent gestegen ten opzichte van 2018 (4 augustus 2020)