Fijnstoftax in strijd met het Europese recht

Contentverzamelaar

Fijnstoftax in strijd met het Europese recht

De Nederlandse belasting op vervuilende dieselmotoren is in strijd met het Europese recht. De zogenoemde fijnstoftax stuit af op de harmonisatie van voorschriften voor voertuigen binnen de EG. Het Gerechtshof ‘s-Gravenhage heeft dit bepaald in een geding dat belangenverenigingen RAI en BOVAG hebben aangespannen tegen de minister van Financiën.

De maaregel houdt in dat schone dieselvoertuigen een belastingvoordeel krijgen en vervuilende voertuigen juist een extra belasting moeten dragen. Doel van de maatregel is de vergroening van het belastingstelsel.

In januari 2009 zullen er voor de gehele EU zeer strenge grenswaarden worden gesteld aan de uitstoot van fijnstof van dieselmotoren (verordening 715/2007). De RAI en BOVAG keren zich ook tegen deze Europese wetgeving, maar vallen eerst de Nederlandse regeling aan die hier in hun ogen onterecht op vooruitloopt. De Nederlandse Staat heeft voor het Gerechtshof benadrukt dat de regeling geen grenswaarden stelt, maar hoge grenswaarden extra belast. Vervuilende voertuigen zijn dus niet verboden en dus doorkruist de Nederlandse regeling het Europese stelsel niet. Bovendien staat de verordening toe dat verkopers gecompenseerd worden voor de extra kosten van de technische middelen waarmee aan de emissiegrenswaarden van de verordening wordt voldaan (roetfilters).

Volgens het Gerechtshof harmoniseert het communautaire stelsel de voorwaarden voor voertuigen volledig. Weliswaar blijft het onder de fijnstoftax mogelijk om sterk vervuilende voertuigen in Nederland te verkopen, maar deze voertuigen worden zo’n 1000 tot 3000 euro duurder. Nederland doet hiermee afbreuk aan het nuttig effect van de huidige EG-normen in richtlijn 98/69/EG , aldus de rechter. De Staat heeft niet kunnen weerleggen dat deze vervuilende auto’s in feite onverkoopbaar worden.

De verordening staat inderdaad compensatie toe van de kosten van technische middelen (artikel 12 van de verordening). Volgens het Gerechtshof is echter in dit geval niet voldaan aan de voorwaarden voor een dergelijke financiële stimulans. Ten eerste moeten financiële stimulansen worden aangemeld bij de Europese Commissie, hetgeen in dit geval niet gebeurd is. Ten tweede compenseert Nederland niet alleen de kosten van een roetfilter, maar krijgen verkopers ook een extra bonus voor installatie.

De Nederlandse fijnstoftax is dus in strijd met het Europese recht volgens het Gerechtshof. De Staat heeft vier weken de tijd om de maatregel te beëindigen. Tegen de uitspraak kan cassatieberoep worden ingesteld bij de Hoge Raad.