Hof vernietigt uitvoeringsverordening wegens niet-naleving comitologieregels

Contentverzamelaar

Hof vernietigt uitvoeringsverordening wegens niet-naleving comitologieregels

De decennia oude praktijk waarbij de Commissie een ontwerpverordening pas tijdens de vergaderingen van het beheerscomité indient, is in strijd met de Comitologieverordening. De Commissie mag de voorgeschreven 14 dagen termijn, waarin lidstaten hun standpunten kunnen voorbereiden over een wijzigingsvoorstel voor een uitvoeringsverordening, niet systematisch negeren. Dit beroep, ingesteld door een private partij, bevestigt de bescherming van de positie van de lidstaten binnen de comitologieprocedure.

Het gaat om het arrest van het Hof van 20 september 2017 in zaak C-183/16 P Tilly Sabco.

Het Franse bedrijf Tilly-Sabco is een onderneming die zich bezighoudt met de uitvoer van bevroren kippen naar landen in het Midden-Oosten. Met uitvoeringsverordening  689/2013 van 18 juli 2013 tot vaststelling van de uitvoerrestituties voor kip heeft de Commissie het restitutiebedrag voor drie categorieën bevroren kippen op nul vastgesteld. De bij de uitvoerrestituties betrokken bestemmingen zijn met name landen in het Midden-Oosten. De Commissie had de ontwerp-uitvoeringshandeling pas voor advies aan het bevoegde beheerscomité voorgelegd tijdens de vergadering. Het ging om een standaardverordening, waarin alleen de daarin vastgestelde cijfers worden aangepast.

Tilly-Sabco stelde beroep in bij het EU-Gerecht tegen de aldus vastgestelde uitvoeringsverordening. Zij beriep zich op artikel 3, lid 3 van verordening 182/2011 (de ‘comitologieverordening’). Volgens deze bepaling moet een ontwerpuitvoeringshandeling en de ontwerpagenda in de regel ten minste 14 dagen voor de vergadering aan het comité zijn voorgelegd. Het EU-Gerecht verwierp dit beroep ( zaak T-397/13). Het EU-Gerecht vond dat de staande praktijk van de Commissie om ontwerpen van ‘standaardverordeningen’ pas tijdens de vergaderingen van het beheerscomité in te dienen, voldoet aan de eisen van artikel 3, lid 3, van de comitologieverordening.

Tilly Sabco stelde tegen deze uitspraak beroep in bij het EU-Hof, omdat zij vond dat de uitleg van het Gerecht onjuist is.

Het EU-Hof stelt de onderneming in het gelijk. Volgens het EU-Hof is de praktijk van de Commissie onverenigbaar is met artikel 3, lid 3, van de comitologieverordening omdat de Commissie daarmee niet de eerste termijn van 14 dagen eerbiedigt. Deze termijn heeft tot doel om de lidstaten hun standpunten te laten voorbereiden. Het is niet alleen strijdig met de opzet van de comitologieverordening maar belet ook de leden van het beheerscomité hun standpunt te geven of wijzigingsvoorstellen los van de desbetreffende vergadering te doen. Het Hof wijst de reden die de Commissie gaf voor de niet-naleving van de 14-dagentermijn, namelijk het risico van het lekken van de informatie, van de hand. Dat risico bestaat immers altijd en zou de Commissie in dat geval systematisch vrijstellen van de naleving. Ook aannemen dat er altijd urgentie is wanneer een uitvoeringsverordening moet worden vastgesteld, zoals het Gerecht deed, zou de uitzondering tot regel maken.

Het Hof herinnert eraan dat artikel 3, lid 3, van de comitologieverordening juist geen gangbare praktijk vastlegt maar deze substantieel heeft gewijzigd, door invoering van een eerste termijn van 14 dagen en door onderscheid te maken tussen het doel van deze termijn en de termijn die voorafgaat aan het uitbrengen van het advies van het beheerscomité. Ook bevat het een verbod om deze termijnen onevenredig of zodanig in te korten dat zij hun zin verliezen. Daarnaast zijn het aantal controleprocedures gereduceerd tot twee, namelijk - de raadplegingsprocedure en de onderzoeksprocedure. Omwille van de vereenvoudiging zijn die onderworpen aan gemeenschappelijke procedureregels voor de comités. Als er bij de vaststelling van de meest voorkomende uitvoeringshandelingen een verschillende praktijk zou worden toegepast, worden nieuwe procedures gecreëerd waarvoor verschillende regels gelden. Dit gaat volgens het Hof in tegen de uitdrukkelijke doelstellingen van de Uniewetgever in de comitologieverordening.