Kabinetsappreciatie Commissie-werkprogramma 2014 naar parlement

Contentverzamelaar

Kabinetsappreciatie Commissie-werkprogramma 2014 naar parlement

Het kabinet kan zich op hoofdlijnen vinden in de kernprioriteiten van de Commissie, al is het op onderdelen kritisch. Voornaamste aandachtspunt van de Commissie blijft het bevorderen van economische groei en werkgelegenheid. Het kabinet waardeert deze insteek. Het kabinet waardeert ook de uitdrukkelijke aandacht die in het werkprogramma wordt ingeruimd voor ‘gezonde en resultaatgerichte regelgeving’. Aangezien dit het laatste jaar is van de zittingstermijn van de huidige Commissie, bevat het werkprogramma 2014 relatief weinig nieuwe voorstellen.

De Europese Commissie onderscheidt in haar werkprogramma vier kernprioriteiten. De eerste is de Economische en Monetaire Unie (EMU). De tweede kernprioriteit van de Commissie is slimme, duurzame en inclusieve groei. Op het gebied van de derde kernprioriteit, justitie en veiligheid, gaat bijzondere aandacht uit naar het bestrijden van criminaliteit, corruptie en terrorisme.

De vierde kernprioriteit van de Commissie is het externe optreden van de Unie. In dit kader zal aandacht uitgaan naar uitbreiding en nabuurschapsbeleid. Tevens zet de Commissie in op het verdiepen van de externe economische betrekkingen, het leveren van strategische bijdragen aan de bevordering van vrede en veiligheid, duurzame ontwikkeling en het bestrijden van klimaatverandering.

Op hoofdlijnen kan het kabinet zich vinden in deze kernprioriteiten van de Commissie. Het kabinet hecht met name aan spoedige voortgang rond het voltooien van de bankenunie en de inspanningen op voor Nederland belangrijke thema’s als onderzoek, innovatie en duurzaamheid. Dat neemt niet weg dat de opstelling van het kabinet op bepaalde deelonderwerpen vrij fundamenteel verschilt van die van de Commissie. Zo zou wat Nederland betreft het voorstel voor een Europees openbaar ministerie niet aangemerkt dienen worden als een prioritair voorstel dat nog tijdens de zittingstermijn van deze Commissie goedgekeurd zou moeten worden, zeker in het licht van de recente ‘gele kaart’ tegen dit voorstel vanuit een grote groep nationale parlementen. Ook bijvoorbeeld het voorstel aangaande de introductie van een belasting op financiële transacties zou wat het kabinet betreft niet aangemerkt dienen te worden als een prioriteit. 

Zeker in het licht van de Nederlandse subsidiariteitsexercitie waardeert het kabinet wel de uitdrukkelijke aandacht die in het werkprogramma wordt ingeruimd voor ‘gezonde en resultaatgerichte regelgeving’, hetgeen onder meer tot uitdrukking komt in de aparte lijst van zogenaamde REFIT-voorstellen (bijlage III) en de lijst van voorstellen die zullen worden ingetrokken (bijlage IV).

Zoals gebruikelijk zullen de beide Kamers op basis van de voornemens van de Europese Commissie hun eigen Europese prioriteiten bepalen. Die prioriteiten zijn in sterke mate richtinggevend voor het verkeer tussen kabinet en Parlement over de Nederlandse inbreng in de besluitvorming in EU-verband.

Lees hier de kabinetsbrief.