Nog geen schot in nieuwe regels gegevensbescherming

Contentverzamelaar

Nog geen schot in nieuwe regels gegevensbescherming

Er zit nog weinig schot in de onderhandelingen over een nieuw Europees wetgevingspakket op het terrein van gegevensbescherming. Dit blijkt uit een Kamerbrief van staatssecretaris Teeven van 3 november.

De Commissie heeft in 2012 voorstellen gedaan met het oog op de wijziging van het regelgevend kader op het terrein van gegevensbescherming. Het betreft voorstellen voor een Algemene verordening gegevensbescherming en een richtlijn gegevensbescherming in het kader van opsporing en vervolging (COM (2012) 10 en 11). De staatssecretaris houdt de Tweede Kamer periodiek op de hoogte van de stand van zaken over de onderhandelingen in Brussel.

Tijdens de onderhandelingen over de Algemene verordening gegevensbescherming zijn onder meer de administratieve lasten en nalevingskosten voor verantwoordelijke en bewerker aan de orde gekomen. Nederland heeft hierbij ingezet op een rechtvaardige verdeling waarbij de verordening nuanceert tussen verschillende in aanmerking komende risiconiveaus. Ook is de rol van de onafhankelijke toezichthouder aan de orde gekomen. Moet, wanneer een verwerking van persoonsgegevens een hoog risico oplevert, overleg worden gevoerd met de toezichthouder of dient deze toezichthouder in te stemmen met de verwerking? De Raad heeft hierover nog geen definitief standpunt kunnen innemen.

Daarnaast is onderhandeld over de reikwijdte van de richtlijn gegevensbescherming in het kader van opsporing en vervolging. Nederland is voorstander van een ruime reikwijdte van de richtlijn zodat de politie niet wordt geconfronteerd met verschillende regimes voor de verwerking van persoonsgegevens.

Tijdens de meest recente vergadering in Brussel is de gegevensverwerking in het kader van wetenschappelijk onderzoek aan de orde gekomen. Volgens het meest recente voorstel van het Voorzitterschap is verwerking van persoonsgegevens als wetenschappelijke methode enkel toegestaan wanneer het onderzoeksdoel niet op andere wijze bereikt kan worden. Dit voorstel roept volgens Nederland vragen op in het licht van de vrijheid van wetenschappelijk onderzoek, welke wordt gegarandeerd in het EU Grondrechtenhandvest en verschillende nationale constituties. De laatste onderhandelingsronde over dit voorstel is dan ook nog niet in zicht.

Klik hier voor de Kamerbrief