Raad akkoord met versnelde vergunningsprocedure voor hernieuwbare energieprojecten
Nieuwsbericht | 29-12-2022
Op 29 december 2022 is de verordening tot vaststelling van een kader om de inzet van hernieuwbare energie te versnellen, in het EU-Publicatieblad gepubliceerd. De verordening is vastgesteld op grond van artikel 122 van het EU-Werkingsverdrag, dat bedoeld is voor noodsituaties. Naar aanleiding van de Russische agressie tegen Oekraïne zijn de energieprijzen aanzienlijk gestegen. Energie uit hernieuwbare bronnen kan de vraag naar fossiele brandstoffen in de EU doen afnemen, en dankzij de lage exploitatiekosten ervan kunnen meer hernieuwbare energiebronnen in het EU-energiesysteem de energieprijzen verlagen.
De verordening is geldig voor een periode van 18 maanden, waarna de Commissie zal kijken of verlenging nodig is. De nieuwe verordening bevat uiterste termijnen voor het verstrekken van vergunningen voor zonne-energie-installaties, de modernisering van bestaande hernieuwbare-energiecentrales en de uitrol van waterpompen.
Zonne-energie-installaties
De vergunningsprocedure voor zonne-energie-installaties mag niet langer dan drie maanden duren (artikel 4, lid 1).
Repowering van hernieuwbare-energiecentrales
De vergunningsprocedure voor de modernisering (repowering) van bestaande hernieuwbare-energiecentrales mag maximaal zes maanden duren (inclusief milieueffectbeoordelingen) (artikel 5, lid 1). Wanneer de repowering de productiecapaciteit van de energiecentrale met niet meer dan 15 procent doet toenemen, wordt de aansluiting op het net na uiterlijk drie maanden toegestaan (artikel 5, lid 2).
Warmtepompen
De vergunningsprocedure voor de installatie van warmtepompen met minder dan 50 MW vermogen mag maximaal 1 maand duren. In het geval van grondwarmtepompen geldt een termijn van maximaal drie maanden (artikel 7, lid 1).
Voor bepaalde categorieën warmtepompen zullen aansluitingen op het transmissie- of distributienet worden toegestaan na kennisgeving (artikel 7, lid 2). De lidstaten kunnen bepaalde gebieden of bouwwerken uitsluiten om cultureel erfgoed, nationale defensiebelangen of veiligheid te beschermen (artikel 7, lid 3).
Hoger openbaar belang
De verordening bepaalt dat bij de planning, bouw en exploitatie van centrales en installaties voor de productie van hernieuwbare energie sprake is van een hoger openbaar belang. Dergelijke projecten kunnen daardoor profiteren van een vereenvoudigde beoordeling van een aantal milieuverplichtingen die in specifieke EU-richtlijnen zijn opgenomen (artikel 3, lid 1).
Meer informatie: