Raad wil rechtsgrondslag Schengenevaluaties wijzigen

Contentverzamelaar

Raad wil rechtsgrondslag Schengenevaluaties wijzigen

Tijdens de Raad van Ministers voor Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ-raad) van 7 en 8 juni is een akkoord bereikt over de rechtsgrondslag van het voorstel van de Commissie voor het Schengenevaluatiemechanisme. Uit het akkoord blijkt dat de JBZ-ministers de rechtsgrondslag voor het voorstel willen wijzigen van artikel 77, lid 2 VWEU naar artikel 70 VWEU. Als gevolg hiervan zal het Europees Parlement niet meebeslissen over het voorstel, maar wel (vrijwillig) geconsulteerd worden. De Europese Commissie is het niet eens met het standpunt van de Raad en sluit een gang naar het EU-Hof niet uit. Het EP reageerde woedend en heeft naast een beroep bij het Hof aangekondigd vijf andere dossiers te blokkeren.

De Schengenevaluaties bestaan al lange tijd, nog voordat het Schengenacquis met het Verdrag van Amsterdam werd geïncorporeerd in het EU-recht. De evaluaties vinden plaats op basis van zogenoemde ‘peer review’. Dit betekent dat de lidstaten bij elkaar nagaan of het Schengenacquis op een goede manier wordt toegepast.

Als gevolg van de gebeurtenissen rond de instroom van migranten vanuit Tunesië naar Italië (en daarmee naar het Schengengebied) in 2011 heeft de Europese Raad van 23 en 24 juni 2011 gevraagd om het Schengenevaluatiesysteem verder te versterken. In het voorstel van de Commissie krijgt de Commissie een grotere rol in het mechanisme. Ook voorziet het voorstel in de mogelijkheid van herinvoering van grenstoezicht aan de binnengrenzen wanneer een lidstaat de verplichting om toezicht te houden aan zijn deel van de buitengrens aanhoudend verwaarloost. Deze laatste mogelijkheid hangt samen met een voorstel tot wijziging van de Schengengrenscode.

De JBZ-raad is tot een algemene oriëntatie gekomen (ten aanzien van beide voorstellen), al wijkt dit akkoord op een aantal belangrijke punten af van het voorstel van de Commissie. De Raad wil wel een grotere rol voor de Commissie in de evaluaties, maar de Raad neemt de aanbevelingen die voortvloeien uit de evaluaties aan. Elke vijf jaar zullen alle Schengenlanden geëvalueerd worden, op basis van vragenlijsten en werkbezoeken door medewerkers van de Commissie en te benoemen experts door en van de lidstaten.

Verder is in het voorstel een passage opgenomen over het functioneren van autoriteiten die de Schengenregels toepassen. De Raad vindt het belangrijk dat dit aspect ook gemonitord wordt in het evaluatiemechanisme.

De Raad vindt dat de rechtsbasis van het voorstel gewijzigd moet worden van artikel 77, lid 2 VWEU naar artikel 70 VWEU. Artikel 70 gaat over de evaluatie van beleid in het kader van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (waar het Schengenacquis deel van uitmaakt) en is daarom volgens de Raad passender. Het EP wordt nu eerst vrijwillig geconsulteerd. Er is dus nog geen sprake van een vastgestelde verordening.

Het EP heeft naar aanleiding van deze ontwikkeling besloten dat het EP de samenwerking met de Raad zal opschorten voor vijf dossiers totdat er een goed resultaat is bereikt over de voorstellen. 

De vijf dossiers die vallen onder de beslissing van het EP zijn de volgende:

  • Wijziging van de Schengengrenscode en de Overeenkomst ter Uitvoering van het Akkoord van Schengen.
  • De justitiële samenwerking in strafzaken: bestrijding van aanvallen op informatiesystemen.
  • Europees onderzoeksbevel
  • Aspecten van de begroting voor 2013 die gaan over interne veiligheid
  • EU-passagiersgegevens

Persbericht JBZ-Raad

 Persbericht Europees Parlement

Bericht in de EUobserver

Bericht in de EUobserver