Staat van de Europese Unie 2009-2010

Contentverzamelaar

Staat van de Europese Unie 2009-2010

In de Staat van de Europese Unie 2009–2010 is de Europese agenda voor het lopende Zweedse en daaropvolgende Spaanse EU-voorzitterschap beschreven vanuit Nederlands perspectief. Meer specifiek gaat het kabinet in op het politiek en maatschappelijk draagvlak, de interne samenhang van de Unie, groei en werkgelegenheid en de positie van Nederland in de wereld in de Europese context. Voor het eerst gaat Nederland ook minder afdragen aan de EU.
Voor het eerst zal Nederland profiteren van de in 2005 gemaakte afspraak om structureel een miljard euro per jaar minder af te dragen aan de begroting van de Europese Unie. Deze korting was destijds bedongen door premier Balkenende en toenmalig minister Zalm (Financiën) voor de begrotingsjaren 2007 tot en met 2013, maar kon pas in werking treden vanaf het lopende EU-begrotingsjaar 2009 omdat eerst alle 27 lidstaten het zogenoemde Eigen Middelen besluit moesten ratificeren. In het jaar 2009 is de korting voor 2009 en die van de voorgaande twee jaren 2007 en 2008 verrekend: de afdrachten ten opzichte van het vorig jaar dalen met maar liefst 3 miljard euro. Nederland betaalt hierdoor bijna de helft minder aan de EU (2008: 6.7 miljard, 2009: 3.6 miljard).

In de bijlage bij de Staat van de Unie  is de stand van zaken van de verschillende Raadsformaties opgenomen, alsmede het overzicht van de BNC-fiches, de stand van de implementatie van Europese regelgeving, tabellen en grafieken en een lijst van afkortingen.