T-133/25 Condor Flugdienst   

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     1 april 2025
Schriftelijke opmerkingen:                     18 mei 2025

Trefwoorden: luchtvaart, passagiersrechten, recht op compensatie

Onderwerp: Verordening (EG) nr. 261/2004 (passagiersrechtenverordening).
 
Verzoekende partij had een vlucht geboekt bij de luchtvaartmaatschappij van verwerende partij. De vlucht was vertraagd en vertrok pas de volgende dag. Verzoekende partij heeft de vlucht niet meer genomen, en vordert nu compensatie van de luchtvaartmaatschappij vanwege de vertraging. De Duitse rechter vraagt zich af of er in dit geval nog een recht op compensatie in de zin van verordening 261/2004 bestaat.

Prejudiciële vraag: 
Geldt het recht op compensatie bij een vertraging bij aankomst van meer dan drie uur ook wanneer de passagier, die zich op het geplande tijdstip van vertrek tijdig heeft gemeld bij de incheckbalie, na kennis te hebben genomen van de aanzienlijke vertraging niet meer deelneemt aan de vlucht, bijvoorbeeld omdat de vlucht het doel van de reis niet langer kan dienen?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-402/07; C-581/10; C-402/07 en C-432/07.

Specifiek beleidsterrein: IenW