Terugvordering Europese subsidies
Nieuwsbericht | 12-03-2008
Het EG-Hof deed zijn uitspraak naar aanleiding van vragen van de Raad van State. Die vloeiden voort uit een aantal procedures waarin de terugbetaling van Europese subsidies werd geƫist omdat de Europese Commissie van mening was dat die ten onrechte waren verstrekt. De subsidievoorwaarden waren niet nageleefd door de ontvangers. Maar de overheid had in die gevallen het vertrouwen gewekt de fouten door de vingers te zien.
In zijn uitspraak zoekt het EG-Hof naar een evenwicht tussen de belangen van het Europese subsidiestelsel en de vertrouwensbescherming in de subsidieregels van de Nederlandse Algemene wet bestuursrecht. Die balans laat het Hof echter doorslaan ten gunste van het Europese subsidiestelsel. Het vertrouwensbeginsel in de Awb moet wijken in gevallen van misbruik en nalatigheid van de subsidie-ontvanger, aldus het Hof. Het maakt daarbij niet uit dat Nederland de ten onrechte uitgekeerde subsidies al heeft terugbetaald aan Brussel. De subsidie-ontvanger moet ook dan de subsidie terugbetalen.
Over de betekenis en de mogelijke gevolgen van deze belangwekkende uitspraak organiseerde het ECER op 20 maart a.s. een oriƫnterende bijeenkomst, waarop in aanwezigheid van een groot aantal medewerkers van ministeries en van de Raad van State informeel van gedachten werd gewisseld.