Verdachte of veroordeelde illegale vreemdeling is niet automatisch een gevaar voor de openbare orde

Contentverzamelaar

Verdachte of veroordeelde illegale vreemdeling is niet automatisch een gevaar voor de openbare orde

Uitzetting van een illegale vreemdeling moet per geval worden beoordeeld. Automatische uitzetting wegens gevaar voor de openbare orde omdat een illegaal veroordeeld is of verdacht wordt van een strafbaar feit is in strijd met de terugkeerrichtlijn. Dat heeft het EU-Hof geantwoord op vragen van de Raad van State.

Het gaat om het arrest van het EU-Hof van 11 juni 2015 in de zaak C-554/13, Zh. En O)

De derdelander Zh. is op doorreis op Schiphol aangehouden omdat hij een vals reisdocument had. Hij is veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee maanden en daarna, zonder termijn voor vrijwillig vertrek, het land uitgezet. O. is aangehouden op verdenking van mishandeling en huiselijk geweld. Hij verbleef illegaal en is, eveneens zonder termijn voor vrijwillig vertrek, het land uitgezet.

Zij komen in beroep tegen het zgn. terugkeerbesluit omdat hen wegens gevaar voor de openbare orde geen termijn voor vrijwillig vertrek was gegund.

De Raad van State vroeg het EU-Hof verduidelijking gevraagd van de zgn. terugkeerrichtlijn 2008/115, met name in welke gevallen illegale derdelanders kunnen worden beschouwd als een “gevaar voor de openbare orde”.

Het Hof oordeelt dat een lidstaat niet enkel op grond van de omstandigheid dat sprake is van een misdrijf, mag aannemen dat de vreemdeling een gevaar voor de openbare orde vormt. Dit is namelijk niet in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel en de plicht om per geval een individuele beoordeling te maken. Er hoeft op zich geen sprake te zijn van een onherroepelijke veroordeling van een misdrijf en ook de enkele verdenking van een misdrijf kan voldoende zijn, zolang alle omstandigheden van het individuele geval maar het oordeel rechtvaardigen dat de betrokkene een reëel en actueel gevaar voor de openbare orde vormt. Tot slot mag ook niet automatisch worden afgezien van een termijn voor vrijwillig vertrek ingeval de betrokkene een gevaar voor de openbare orde vormt.