What’s in a name?

Contentverzamelaar

What’s in a name?

Inschrijving in een andere EU-lidstaat mag niet belemmerd worden doordat daar iemands achternaam niet erkend wordt. Een weigering van de Duitse autoriteiten om een dubbele achternaam in te schrijven van een in Denemarken wonend kind is in strijd met het vrij verkeer van personen, aldus het EG-Hof van Justitie. Het kind van Stefan Grunkin en Dorothee Paul, inmiddels al 10 jaar oud, mag voortaan ook in Duitsland door het leven gaan als Leonhard Grunkin-Paul.

Leonard is geboren in Denemarken, uit Duitse ouders. Ook hij heeft dus de Duitse nationaliteit. In Denemarken is het mogelijk om het kind aan te geven bij de burgerlijke stand met dubbele achternaam (van de vader en de moeder). Toen zijn ouders hem in Duitsland wilden inschrijven, bleek dat de Duitse autoriteiten zijn achternaam niet wilden erkennen, omdat naar Duits internationaal privaatrecht, de achternaam is onderworpen aan het recht van de staat waarvan de naamdrager de nationaliteit heeft. In Duitsland is een dubbele achternaam niet toegestaan, zolang de ouders een enkele naam hebben.

In een eerder arrest heeft het Hof zich niet bevoegd geacht de vragen van de betreffende gemeentelijk autoriteit, het Standesamt Niebüll te beantwoorden, omdat deze niet optrad in de capaciteit van rechter. De vragen werden echter opnieuw voorgelegd aan het Hof, ditmaal door een rechterlijk college, het Amtsgericht Flensburg.

Het Hof stelt allereerst vast dat, ondanks dat het namenrecht een nationale bevoegdheid is, deze situatie binnen de werking van het gemeenschapsrecht valt. Lidstaten moeten bij de uitoefening van het namenrecht in overeenstemming met het gemeenschapsrecht handelen. Het Hof heeft dit eerder bepaald in de zaak Garcia Avello (C-148/02).

Vervolgens oordeelt het Hof dat de Duitse regeling niet discrimineert naar nationaliteit (artikel 12 EG). Het Duitse recht mag aanknopen bij de nationaliteit van de naamdrager. De Duitse regeling stuit vervolgens wel op artikel 18 EG, het Europese burgerschap. Als Leonard verplicht wordt in Duitsland een andere naam te dragen kan dat zijn recht op vrij veerkeer als EU-burger belemmeren. Het belang van Duitsland om vast te houden aan deze regel kan niet dusdanig belangrijk zijn dat de erkenning van een familienaam geweigerd kan worden. Duitsland is niet in staat een voldoende reden geven voor de weigering, zoals bijvoorbeeld de openbare orde.