Circulaire economie

Circulaire economie

Op deze pagina:

Inleiding

In maart 2020 heeft de Europese Commissie het nieuwe actieplan voor een circulaire economie gepresenteerd. Het actieplan bevat een aantal initiatieven voor de volledige levenscyclus van producten: van het ontwerp en de vervaardiging tot het verbruik, de reparatie, het hergebruik en het recyclen. Het doel van het actieplan is het verminderen van de voetafdruk van de EU wat verbruik betreft en het verdubbelen van het percentage circulair gebruik van materialen in de EU tegen 2030.

In dit ECER-dossier wordt onder meer ingegaan op een aantal voorstellen van de Europese Commissie op het gebied van de circulaire economie. 

Naar boven 

Duurzame producten

Ecologisch ontwerp van producten 

Op 30 maart 2022 heeft de Europese Commissie een voorstel gepresenteerd voor een verordening betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van vereisten inzake ecologisch ontwerp voor duurzame producten. Het doel van de voorgestelde verordening is om de meest schadelijke milieueffecten van producten aan te pakken door de aanpak voor ecologisch ontwerp toe te passen op een zeer grote verscheidenheid aan producten. In de verordening is een kader voor het vaststellen van vereisten inzake ecologisch ontwerp vastgesteld op basis van de duurzaamheids- en circulariteitsaspecten uit het actieplan voor een circulaire economie. Het gaat om aspecten als de duurzaamheid, herbruikbaarheid, verbeterbaarheid en repareerbaarheid van producten, de aanwezigheid van zorgwekkende stoffen in producten, de energie-efficiëntie van producten, het gehalte aan gerecycled materiaal in producten en de vermindering van de koolstof- en milieuvoetafdrukken van producten. 

Naar boven 

Bouwproducten

In verordening 305/2011 (de 'bouwproductenverordening') zijn geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten vastgesteld. De bouwproductenverordening waarborgt het vrije verkeer van bouwproducten in de EU. Dit gebeurt door middel van geharmoniseerde technische specificaties, die voorzien in een gemeenschappelijke technische taal voor het testen en communiceren van de prestaties van bouwproducten (bijv. materiaalgedrag bij brand, thermische geleiding of geluidsisolatie). Het gebruik van normen is verplicht wanneer deze in het EU-Publicatieblad worden vermeld. Bouwproducten die onder dergelijke normen vallen, moeten voorzien zijn van een CE-markering die aangeeft dat zij in overeenstemming zijn met de aangegeven prestaties. Dergelijke producten kunnen dan vrij binnen de interne markt van de EU circuleren. De EU-lidstaten mogen geen extra merken, certificaten of tests vereisen.  

De beschikbare geharmoniseerde beoordelingsmethoden voor de prestaties van bouwproducten bestrijken op dit moment slechts enkele elementen die verband houden met de milieueffecten, zoals verontreiniging, maar zijn niet vastgesteld met het oog op het duurzame gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Verder biedt de huidige bouwproductenverordening geen mogelijkheden om milieutechnische, functionele en veiligheidstechnische vereisten voor bouwproducten vast te stellen. De mogelijkheden van de sector om op consistente en geharmoniseerde wijze de prestaties van de eigen producten aan te geven en de producten op basis van de klimaat-, milieu- en duurzaamheidsprestaties te differentiëren worden door de huidige bouwproductenverordening aanzienlijk beperkt. Daarnaast beperkt de bouwproductenverordening de mogelijkheden voor de lidstaten om nationale vereisten voor gebouwen vast te stellen of criteria inzake duurzaamheidsdoelstellingen in overheidsopdrachten op te nemen. 

Op 30 maart 2022 heeft de Commissie een voorstel gepresenteerd voor een herziening van de bouwproductenverordening, om tegemoet te komen aan de hiervoor geschetste problemen. Met name in artikel 22 van het voorstel worden de milieuverplichtingen van fabrikanten van bouwproducten vastgesteld, met inbegrip van de verplichting om de in bijlage I, deel A, punt 2, vermelde verplichte duurzaamheidskenmerken, het aardopwarmingsvermogen en de prestatiegebaseerde vereisten of het minimumgehalte aan gerecycleerd materiaal aan te geven. Na de vaststelling van gedelegeerde handelingen voor een bepaalde productfamilie geldt voor de fabrikanten ook de verplichting om:

  • producten en hun verpakking zodanig te ontwerpen en te vervaardigen dat hun algehele milieu- en klimaatduurzaamheid aan de stand van de techniek voldoen;
  • de voorkeur te geven aan recycleerbare materialen en materialen die afkomstig zijn van recycling;
  • vroegtijdige veroudering van producten te voorkomen, betrouwbare onderdelen te gebruiken en producten zodanig te ontwerpen dat de duurzaamheid ervan niet lager is dan de gemiddelde duurzaamheid van producten in hun respectievelijke categorie;
  • producten zodanig te ontwerpen dat deze gemakkelijk kunnen worden gerepareerd, gerenoveerd en verbeterd. 

Naar boven 

Duurzaam en circulair textiel

Op 30 maart 2022 heeft de Commissie de EU-strategie voor duurzaam en circulair textiel gepresenteerd. Met de strategie voor duurzaam en circulair textiel is een samenhangend kader en een visie voor de (groene) transitie van de textielsector vastgesteld. De strategie beoogt er onder meer voor te zorgen dat textielproducten die in de EU in de handel worden gebracht, tegen 2030 grotendeels gemaakt zijn van gerecyclede vezels, geen schadelijke stoffen bevatten, en bij de productie ervan de sociale rechten en het milieu zijn gerespecteerd. 

Naar boven 

Versterking van de consumentenrechten

Op 30 maart 2022 heeft de Commissie een voorstel voor een richtlijn gepresenteerd, die ertoe strekt de consumentenrechten te verbeteren door middel van de wijziging van twee richtlijnen die de belangen van de consumenten beschermen: richtlijn 2005/29 (richtlijn oneerlijke handelspraktijken) en richtlijn 2011/83 (richtlijn consumentenrechten). Meer specifiek beoogt het voorstel consumenten in staat te stellen weloverwogen aankoopbeslissingen te nemen en zo bij te dragen aan duurzamere consumptie. Daarnaast is het voorstel gericht tegen oneerlijke handelspraktijken die consumenten zo misleiden dat zij geen duurzame consumptiekeuzen maken. 

Consumenten een grotere rol geven en mogelijkheden voor kostenbesparing bieden is een belangrijke bouwsteen van het beleidskader van de EU voor een duurzaam productbeleid. Dit moet worden bereikt door een betere deelname van consumenten aan de circulaire economie, in het bijzonder door consumenten voor het sluiten van het contract beter te informeren over de duurzaamheid en repareerbaarheid van bepaalde producten en door consumenten beter te beschermen tegen oneerlijke handelspraktijken die duurzame aankopen in de weg staan, zoals:

  • praktijken van greenwashing (d.w.z. misleidende milieuclaims);
  • praktijken van vroegtijdige veroudering (d.w.z. het voortijdig defect raken van goederen);
  • het gebruik van onbetrouwbare en onduidelijke duurzaamheidskeurmerken en -informatiemiddelen.

Op 22 maart 2023 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn gepresenteerd dat voorziet in meer specifieke regels en een aanvulling vormt op de voorgestelde wijzigingen van de richtlijn oneerlijke handelspraktijken. De voorgestelde richtlijn wordt ook wel de Green Claims Directive genoemd (zie het ECER-bericht over dit voorstel), en bevat gemeenschappelijke criteria waarmee consumenten meer duidelijkheid en zekerheid krijgen dat wanneer iets als een 'groen''product wordt verkocht, het dat ook daadwerkelijk is. 

Naar boven 

Bevorderen van de reparatie van goederen

Op 22 maart 2023 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn inzake de reparatie van goederen gepubliceerd. De voorgestelde richtlijn beoogt de reparatie van door consumenten gekochte goederen te bevorderen (zie het ECER-bericht over de voorgestelde richtlijn). 

De voorgestelde richtlijn is van toepassing op de reparatie van door consumenten gekochte goederen in geval van een gebrek aan de goederen dat zich voordoet of aan het licht komt buiten de aansprakelijkheid van de verkoper overeenkomstig artikel 10 van richtlijn 2019/771. Dit kan het geval zijn wanneer het gebrek pas na de aansprakelijkheidsperiode (van twee jaar na de datum van levering) aan het licht komt. Voor deze gebreken voorziet de voorgestelde richtlijn in verscheidene bepalingen, zoals de verplichting om het Europees reparatie-informatieformulier te verstrekken (artikel 4), de verplichting tot reparatie (artikel 5) met de bijbehorende informatieplicht (artikel 6), en het platform voor reparatie en vernieuwing (artikel 7). 

Koolstofverwijderingen

Op 30 november 2022 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een verordening gepresenteerd voor een vrijwillig kader voor betrouwbare certificering van hoogwaardige koolstofverwijderingen. De voorgestelde verordening bevat onder meer vier kwaliteitscriteria, waarvan de cumulatieve naleving maakt dat de koolstofverwijdering in aanmerking komt voor certificering. Daarnaast zijn in het voorstel de kernelementen van het verificatie- en certificeringsproces vastgelegd (zie ook het ECER-bericht over het voorstel). 

  • ECER-bericht - Raad en Europees Parlement bereiken overeenstemming over vrijwillig EU-certificeringskader voor koolstofverwijdering (21 februari 2024)

Naar boven 

Monitoringskader voor de circulaire economie

Bij de transitie naar een meer circulaire economie is het monitoren van belangrijke trends en patronen belangrijk om inzicht te krijgen in hoe de verschillende elementen van de circulaire economie zich in de loop van de tijd ontwikkelen, om succesfactoren te helpen identificeren in de lidstaten en om te beoordelen of voldoende actie is ondernomen. De resultaten van de monitoring moeten de grondslag vormen voor het vaststellen van nieuwe prioriteiten op weg naar de langetermijndoelstelling van een circulaire economie. In 2018 heeft de Commissie een mededeling gepresenteerd, die een monitoringskader vaststelt dat bestaat uit een reeks belangrijke, zinvolle indicatoren die de voornaamste elementen van de circulaire economie vastleggen. In 2023 is dit monitoringskader herzien. In het herziene monitoringskader zijn de aandachtsgebieden van de circulaire economie en de onderlinge verbanden tussen circulariteit, klimaatneutraliteit en de EU-ambitie om alle verontreiniging tot nul terug te brengen, vastgelegd. 

  • ECER-bericht - Europese Commissie publiceert herzien kader voor toezicht op de circulaire economie (17 mei 2023)

Naar boven