Europese Commissie is van mening dat Starbucks een selectief belastingvoordeel heeft genoten in strijd met EU-staatssteunregels

Volgens de Europese Commissie heeft Nederland een selectief belastingvoordeel toegekend aan Starbucks, dat indruist tegen de Europese staatssteunregels. Het belastingvoordeel, dat nog precies moet worden berekend maar dat waarschijnlijk tussen de 20 en 30 miljoen EUR zal bedragen, moet worden teruggevorderd van Starbucks.

Het kabinet is verbaasd over het besluit van de Europese Commissie dat Starbucks staatssteun zou hebben gekregen. Het kabinet zal het besluit bestuderen en binnen enkele weken de Tweede Kamer informeren over de vervolgstappen.

Op 21 oktober jl. heeft de Commissie een besluit vastgesteld waarin zij oordeelt dat Nederland een selectief belastingvoordeel heeft verleend aan Starbucks Manufacturing B.V., de Europese koffiebranderij van Starbucks die is gevestigd in Amsterdam (‘SMBV’). Volgens de Commissie heeft SMBV geprofiteerd van belastingheffing over een winst die – in de ogen van de Commissie – te laag is vastgesteld.

De afspraken over de berekening van de winst van SMBV zijn vastgelegd in een zogenaamde ruling. Dit is een overeenkomst tussen de belastingdienst en een belastingplichtige over de toepassing van de belastingregels. De Commissie heeft geen bezwaar tegen het vaststellen van een ruling als zodanig. Zij ageert uitsluitend tegen de inhoud van de ruling die is gesloten met Starbucks.

De ruling met SMBV bevat de methode om de winst van de koffiebranderij te berekenen waarover NL belasting mag heffen. Deze methode moet voldoen aan het zogenaamde zakelijkheidsbeginsel. De Commissie is van mening dat dit beginsel in het geval van SMBV niet goed is toegepast. Als gevolg hiervan is de winst van SMBV te laag vastgesteld, en betaalt SMBV te weinig belasting.

Het ministerie van Financiën en de Belastingdienst zijn van mening dat de Nederlandse regelgeving en de OESO-richtlijnen wel goed zijn toegepast. Het ministerie bestudeert momenteel de kritiek van de Commissie en zal daarna beslissen over mogelijke vervolgstappen.

In het kader van deze onderzoeken heeft de Commissie voor het eerst gebruik gemaakt van haar nieuwe bevoegdheid op basis van Verordening 734/2013 om marktinformatie op te vragen bij een onderneming of andere lidstaat dan de lidstaat waarin het staatssteunonderzoek loopt. Deze bevoegdheid kan de Commissie inroepen als de informatie die deze lidstaat heeft verstrekt niet voldoende is.

De Commissie heeft een vergelijkbaar besluit vastgesteld met betrekking tot de financieringsmaatschappij van FIAT in Luxemburg. De Commissie onderzoekt daarnaast twee andere fiscale rulings, namelijk de rulings voor Apple in Ierland en Amazon in Luxemburg en een Belgische belastingregeling.

Het besluit van de Commissie inzake Starbucks zal op de website van de Commissie worden gepubliceerd nadat het is ontdaan van gevoelige bedrijfsinformatie.

Meer informatie over staatssteun kunt u lezen in het ECER dossier staatssteun.

Lees volledig persbericht van de Commissie

Lees het volledig persbericht van het Nederlandse kabinet