Raad neemt conclusies aan over EU-betrekkingen met West-Europese landen die geen EU-lidstaat zijn

Asset Publisher

Raad neemt conclusies aan over EU-betrekkingen met West-Europese landen die geen EU-lidstaat zijn

De conclusies, die gewoonlijk om de twee jaar worden aangenomen, gaan in op de EU-betrekkingen met IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, Andorra, San Marino en Monaco, alsook met de Faeröer als zelfbesturend land binnen het Koninkrijk Denemarken waarop de EU-verdragen niet van toepassing zijn.

In de conclusies herinnert de Raad aan het gewicht en het belang dat de EU hecht aan haar nauwe betrekkingen met West-Europese landen buiten de EU. Dit zijn gelijkgestemde partners die sterk vervlochten zijn met de EU en waarmee de EU fundamentele waarden en belangen deelt.

De Raad onderstreept het belang van eenheid met betrekking tot de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne. Hij neemt nota van de uitstekende samenwerking met West-Europese landen die geen EU-lidstaat zijn op het gebied van het externe optreden van de EU, en benadrukt dat de gezamenlijke werkzaamheden op het wereldtoneel moeten worden voortgezet en geïntensiveerd met het oog op een sterkere multilaterale, op regels gebaseerde wereldorde, en dat gemeenschappelijke prioriteiten zoals de mensenrechten, vrede en veiligheid, en de strijd tegen klimaatverandering, samen moeten worden opgenomen.

De Raad herinnert voorts aan de nauwe economische integratie en onderlinge afhankelijkheid tussen de EU en haar West-Europese partners die geen EU-lidstaat zijn in het kader van de uitgebreide interne markt van de EU. Hij wijst erop dat alle staten die reeds deelnemen aan de uitgebreide interne markt of hun deelname willen versterken, verantwoordelijk zijn voor de integriteit en homogeniteit ervan, alsmede voor de volledige eerbiediging van gelijke rechten en plichten voor zowel burgers als ondernemingen.

De conclusies van de Raad gaan ook over de samenwerking met West-Europese landen die geen lid zijn van de EU op het gebied van energievoorzieningszekerheid en energie-infrastructuur, justitie en binnenlandse zaken, en het beheer van de visbestanden in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan.

Ten slotte evalueert de Raad de samenwerking binnen de Europese Economische Ruimte – in 2024 wordt de dertigste verjaardag van de inwerkingtreding van de EER-Overeenkomst gevierd –, alsook de bilaterale samenwerking met elk van de betrokken landen.

Meer informatie: