Een derdelander kan alleen aanspraak maken op een afgeleid verblijfsrecht op grond van artikel 20 VWEU, wanneer de derdelander de primaire verzorger is van een minderjarig kind die het Unieburgerschap bezit en het gedwongen vertrek van deze derdelander tot gevolg heeft dat de Unieburger het grondgebied van de Unie moet verlaten. Daarvan is pas sprake wanneer deze derdelander niet in aanmerking komt voor een ander verblijfsrecht. Als een derdelander aanspraak maakt op een afgeleid verblijfsrecht uit hoofde van artikel 20 VWEU, dan mag een lidstaat die derdelander vervolgens niet verplichten om een visum aan te vragen in het land van herkomst. Ook indien de visumprocedure geringe tijd in beslag neemt, heeft dit tot gevolg dat de Unieburger het grondgebied van de Unie moet verlaten en wordt de Unieburger hiermee het effectieve genot van zijn Unieburgerschapsrechten ontnomen. Dat is het antwoord van het EU-Hof op prejudiciële vragen van een Duitse rechter.
Nieuwsbericht | 23-05-2025
Op maandag 16 juni 2025 van 11:00 tot 12:30 uur organiseert ECER een themalezing in Den Haag over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader (MFK) van de EU en de komende onderhandelingen daarover. Belangstellenden kunnen zich per heden aanmelden voor deelname.
De leidraad is bedoeld om publieke inkopers te helpen bij het navigeren door de juridische en procedurele implicaties van de arresten Kolin en Qingdao en is beschikbaar op de website van het directoraat-generaal Interne markt, Industrie, Ondernemerschap en het MKB.
Nieuwsbericht | 22-05-2025
De wetgevingsmonitor biedt een actueel overzicht van Europese digitale wet- en regelgeving in Europa.
Volgens het verslag heeft de EU, gezien haar bevoegdheden, niet doeltreffend bijgedragen aan de ontwikkeling van aanvullende pensioenen. Dergelijke pensioenen vormen een aanvulling op de staatspensioenen en waarborgen een toereikend pensioeninkomen voor EU-burgers. Tegen de achtergrond van de vergrijzing in de EU zijn de Europese Commissie en de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (Eiopa) er niet in geslaagd de rol van bedrijfspensioenen in de EU-landen te versterken of het pan-Europese persoonlijk pensioenproduct (PEPP) van de grond te krijgen.
De nationale autoriteiten zijn verplicht om ervoor te zorgen dat de kwetsbaarheid van een beklaagde of verdachte wordt vastgesteld en erkend voordat deze persoon of die verdachte wordt ondervraagd in het kader van een strafprocedure of voordat er specifieke onderzoekshandelingen of handelingen voor het vergaren van bewijsmateriaal worden verricht. Tevens moeten die autoriteiten waarborgen dat die personen zonder onnodig uitstel en uiterlijk vóór het verhoor of vóór het verrichten van dergelijke handelingen, toegang hebben tot een advocaat in het kader van rechtsbijstand voor de strafprocedure. Dat is het antwoord van het EU-Hof op prejudiciële vragen van een Poolse rechter.
In de Handels- en samenwerkingsovereenkomst (HSO) tussen de EU en het VK uit 2020 is bepaald dat de EU en VK een afzonderlijke overeenkomst inzake samenwerking en coördinatie op het gebied van mededinging kunnen aangaan. In juni 2023 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om onderhandelingen over die afzonderlijke overeenkomst te openen. De onderhandelingen zijn in oktober 2024 op technisch niveau afgerond. Op 19 mei 2025 presenteerde de Commissie voorstellen tot ondertekening en sluiting van de overeenkomst namens de EU.
Nieuwsbericht | 21-05-2025
De Commissie stelt regels voor die ervoor moeten zorgen dat EU-landen het begrip 'veilig derde land' uit de Asielprocedureverordening gemakkelijker kunnen toepassen. Dat begrip stelt de EU-landen in staat een asielverzoek als niet-ontvankelijk te beschouwen wanneer verzoekers doeltreffende bescherming kunnen krijgen in een derde land dat voor hen als veilig wordt beschouwd.
Sportbestuursorganen zijn beperkt in hun zelfregulering wanneer er een aanzienlijke invloed is op aangelegenheden die door het Unierecht worden beheerst. Deze beperking doet geen afbreuk aan de fundamentele vrijheid van vereniging. Dat is de conclusie van A-G Emiliou in een drietal zaken naar aanleiding van prejudiciele vragen van Duitse en Portugese rechters.
Nieuwsbericht | 20-05-2025
Het Gerecht herinnert eraan dat de EU-verordening inzake de toegang tot documenten tot doel heeft „het recht van toegang van het publiek tot documenten van de instellingen maximaal zijn beslag te geven”. In de regel moeten alle documenten van de instellingen voor het publiek toegankelijk zijn. Wanneer een instelling in antwoord op een verzoek om toegang stelt dat een document niet bestaat, wordt er aangenomen dat dit document inderdaad niet bestaat, overeenkomstig het aan die verklaring verbonden vermoeden van juistheid. Dit vermoeden kan echter worden weerlegd op basis van relevante en onderling overeenstemmende gegevens die worden verstrekt door de aanvrager. Dat is de uitspraak van het EU-Gerecht naar aanleiding van een door een journaliste en de New York Times ingesteld beroep inzake het besluit van de Europese Commissie om geen toegang te verlenen tot opgevraagde tekstberichten.
Toont 1 - 10 van 4.693 resultaten.