Aanwijzing van Albanië als veilig land blijft in stand

Contentverzamelaar

Aanwijzing van Albanië als veilig land blijft in stand

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft Albanië terecht aangewezen als veilig land van herkomst. Twee Albanese vrouwen die om een asielvergunning hadden gevraagd, hebben niet aannemelijk kunnen maken dat Albanië voor hen toch geen veilig land is. Daarom mocht de staatssecretaris de gevraagde asielvergunningen weigeren. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Het gaat om de uitspraak van 14 september 2016 in de zaak 201603036/1/V2, ECLI:NL:RVS:2016:2474.

Achtergrond

De staatssecretaris heeft in november 2015 een lijst opgesteld van veilige landen van herkomst en Albanië daarop geplaatst. Omdat Albanië op die lijst staat en volgens de staatssecretaris ook voor de vrouwen veilig is, heeft hij geweigerd om aan hen asielvergunningen te verlenen. De vrouwen kwamen tegen die weigering in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak, omdat zij naar eigen zeggen niet naar Albanië kunnen terugkeren. Ze vrezen daar door hun seksuele gerichtheid problemen te krijgen.

Asielvergunningen

De staatssecretaris mocht de asielvergunningen van de vrouwen weigeren, omdat naar het oordeel van de Afdeling bestuursrechtspraak op basis van zorgvuldig onderzoek is komen vast te staan dat Albanië een veilig land van herkomst is. Er zijn in Albanië wetten die mensenrechtenschendingen verbieden en in de praktijk worden mensen ook echt beschermd. De vrouwen hebben bovendien niet aannemelijk gemaakt dat Albanië desondanks in hun specifieke omstandigheden niet veilig is, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.

Veilige landen

De Afdeling bestuursrechtspraak heeft in deze uitspraak uitgelegd onder welke voorwaarden een land als veilig land van herkomst kan worden aangemerkt. In zo'n land moeten wetten bestaan die schendingen van mensenrechten verbieden. Mensen uit dat land moeten ook in de praktijk beschermd worden. De staatssecretaris moet dit zorgvuldig onderzoeken en toelichten. Daarnaast moet de staatssecretaris ingaan op wat een vreemdeling over de veiligheidssituatie in zijn land van herkomst zegt én moet hij beoordelen of die vreemdeling door zijn persoonlijke omstandigheden toch voor problemen te vrezen heeft waartegen hij geen bescherming kan krijgen. De Nederlandse bestuursrechter zal beide aspecten van het asielbesluit steeds grondig moeten toetsen.

Advies Staatsraad advocaat-generaal

De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in deze zaak eerder staatsraad advocaat-generaal Widdershoven verzocht om een conclusie te nemen over het asielrechtelijke begrip 'veilig land'. Over deze conclusie berichtte het ECER eerder.

Meer info: