Definitieve vaststelling van herziene EU-regels voor visserijcontrole

Contentverzamelaar

Definitieve vaststelling van herziene EU-regels voor visserijcontrole

De nieuwe verordening actualiseert ongeveer 70 procent van de bestaande regels voor de controle van vissersschepen. De nieuwe regels moeten ervoor zorgen dat EU-schepen en andere schepen die in EU-wateren vissen de afspraken van het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) opvolgen.

Achtergrond

De doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) moeten waarborgen dat de visserij- en aquacultuuractiviteiten op de lange termijn ecologisch duurzaam zijn. Het succes daarvan is voor een groot deel afhankelijk van de tenuitvoerlegging van een doeltreffend controle- en handhavingssysteem. De maatregelen tot vaststelling van een systeem voor visserijcontroles van de EU om de naleving van de regels van het GVB te waarborgen zijn vastgesteld bij vier verschillende rechtshandelingen:

  1. de visserijcontroleverordening uit 2009;
  2. de verordening tot oprichting van een Europees bureau voor visserijcontrole uit 2019 (ECFA);
  3. de verordening houdende de totstandbrenging van een systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen (IIO) uit 2008, en;
  4. de verordening inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten uit 2017 (SMEF).

Met uitzondering van de SMEF-verordening en de ECFA-verordening, die in 2017 respectievelijk 2019 werden herzien, is het huidige systeem voor visserijcontroles van de EU voorafgaand aan het hervormde gemeenschappelijke visserijbeleid (2013) opgezet. Volgens de Europese Commissie is het huidige systeem daar niet volledig mee in overeenstemming. Om die reden presenteerde de Europese Commissie op 30 mei 2018 een voorstel voor een verordening om de regels voor visserijcontrole te herzien. Na onderhandelingen tussen de Raad en het Europees is de verordening aangenomen en op 20 december 2023 in het EU-Publicatieblad verschenen.

De nieuwe verordening wijzigt onder meer de visserijcontroleverordening uit 2009, de IIO-verordening uit 2008 en de herziene ECFA-verordening uit 2019.

De nieuwe verordening

Belangrijkste wijzigingen

  • volgsystemen voor vaartuigen (vessel monitoring systems - VMS) en elektronische registratie van vangsten: om de naleving van het GVB te waarborgen, zal in alle vissersvaartuigen een trackingsysteem worden geïnstalleerd en alle vangsten zullen elektronisch worden geregistreerd. Tot en met 31 december 2029 mogen hierop nog uitzonderingen worden gemaakt voor bepaalde kleine boten voor kustvisserij van onder de 9 meter lang;
  • aanlandingsverplichting: voor grotere boten zullen tools voor elektronische monitoring op afstand worden gebruikt om erop toe te zien dat onbedoelde vangsten aan land worden gebracht en niet op zee worden teruggegooid;
  • recreatievisserij: recreatieve vissers die specifieke soorten vangen zullen hun vangsten moeten rapporteren via een elektronisch systeem. Dit zal in eerste instantie slechts gelden voor een beperkt aantal soorten, maar dit aantal kan toenemen naar aanleiding van wetenschappelijk advies;
  • herziening van de sanctieregeling: er wordt op EU-niveau een uitgebreide lijst met ernstige inbreuken op de GVB-regels opgesteld. De lidstaten moeten overtreders doeltreffende, evenredige en afschrikkende administratieve sancties opleggen en mogen, daarbovenop of als alternatief, ook strafrechtelijke sancties inzetten;
  • betere traceerbaarheid in alle schakels van de toeleveringsketen: het wordt eenvoudiger om verse visserij- en aquacultuurproducten te traceren (voor verwerkte producten zal dit gebeuren na een studie van de Commissie over de beschikbare oplossingen en een overgangsperiode van 5 jaar)

Hoe zal het nieuwe systeem overbevissing helpen voorkomen?

De verordening voorziet in nieuwe regels over de tolerantie- of foutmarge bij de raming van de vangsten. Dit moet voorkomen dat er onjuiste aantallen worden doorgegeven. De tolerantiemarge is het verschil tussen de ingeschatte vangsten en de werkelijke aantallen die worden gewogen achteraf. In de regel bedraagt deze marge 10 procent per soort, zoals ook nu al het geval is. Er zullen echter bepaalde uitzonderingen gelden. Voor soorten waarvan niet meer dan 100 kilo is gevangen, bedraagt de marge 20 procent per soort.

Tot slot zullen grotere vaartuigen worden uitgerust met een instrument om het motorvermogen te meten, om na te gaan of hun vangstcapaciteit binnen de in het GVB bepaalde grenzen blijft.

Nieuwe regels voor geïmporteerde producten

In het kader van de vangstcertificeringsregeling voor illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij) wordt een digitaal systeem (bekend als "CATCH") ingevoerd. Zo kunnen vangstcertificaten en andere daarmee verband houdende documenten worden beheerd in één enkele, EU-brede digitale omgeving, waardoor de autoriteiten beter in staat zijn producten op te sporen die afkomstig zijn van IOO-visserij.

Niet-EU-landen zullen vangstcertificaten rechtstreeks in de digitale CATCH-omgeving kunnen produceren en valideren. Ook voor visserijproducten die in de EU worden geïmporteerd moeten importeurs vangst­certificaten indienen via CATCH.

Meer informatie: