EU-Gerecht: beroep tegen besluit van Europese Commissie tot aanwijzing TikTok als poortwachter moet worden verworpen
Nieuwsbericht | 01-08-2024
Het gaat om het arrest van het EU-Gerecht van 17 juli 2024 in zaak T-1077/23 (Bytedance/Commissie).
Achtergrond Bytedance Ltd (TikTok) is een vennootschap die via haar dochterondernemingen het online socialmediaplatform TikTok aanbiedt. Bij besluit van 5 september 2023 heeft de Europese Commissie Bytedance krachtens de EU-verordening digitale markten (Digital Markets Act (DMA); EU-verordening 2022/1925) aangewezen als poortwachter in de zin van die verordening. In november 2023 heeft Bytedance beroep tot nietigverklaring van dit besluit ingesteld. Het EU-Gerecht heeft op verzoek van Bytedance volgens de versnelde procedure uitspraak gedaan.
EU-Gerecht Acht maanden na indiening van het beroep wijst het EU-Gerecht het beroep van Bytedance af. Het Gerecht herinnert om te beginnen aan de ontstaansgeschiedenis en de normatieve inhoud van de DMA. In het bijzonder op het feit dat de Uniewetgever heeft besloten de DMA aan te nemen om onder meer bij te dragen aan de goede werking van de interne markt door regels vast te stellen die moeten waarborgen dat de markten in de digitale sector in het algemeen en voor de zakelijke gebruikers en de eindgebruikers van de door de poortwachters geleverde kernplatformdiensten in het bijzonder, eerlijk zijn en ruimte bieden voor betwisting. Vervolgens stelt het EU-Gerecht vast dat de Commissie Bytedance terecht als poortwachter mocht beschouwen. In dat verband is namelijk niet betwist dat Bytedance de in de DMA bepaalde kwantitatieve drempels had bereikt, met name wat betreft haar wereldwijde marktwaarde, het aantal TikTok-gebruikers in de Unie en het aantal jaren waarin deze drempel van het aantal gebruikers was bereikt. Dit rechtvaardigt het vermoeden dat zij een poortwachter is. Het Gerecht heeft daarna geoordeeld dat de argumenten die Bytedance heeft aangevoerd niet voldoende waren onderbouwd om kennelijk het vermoeden te weerleggen dat Bytedance een aanzienlijke impact op de interne markt heeft, TikTok een belangrijke toegangspoort is waarlangs de zakelijke gebruikers hun eindgebruikers kunnen bereiken en Bytedance een stevige en duurzame positie inneemt.
Ten eerste wijst het EU-Gerecht het argument af waarmee Bytedance stelde dat het feit dat haar wereldwijde marktwaarde voornamelijk te danken is aan haar activiteiten in China aantoont dat zij geen aanzienlijke impact had op de interne markt, zoals bleek uit haar lage omzet in de Unie. Volgens het Gerecht mocht de Commissie er terecht van uitgaan dat de hoge mondiale marktwaarde van Bytedance, in combinatie met het aantal TikTok-gebruikers in de Unie, een afspiegeling vormt van haar financiƫle draagkracht en haar vermogen om deze waarde en dit aantal gebruikers in klinkende munt om te zetten.
Ten tweede heeft het EU-Gerecht ook het argument afgewezen waarmee Bytedance stelde dat het feit dat zij niet beschikt over een ecosysteem en niet profiteert van netwerk- of lock-in-effecten, en dat TikTok (waarvan een groot deel van de gebruikers opteert voor multihoming) qua omvang kleiner is dan de andere onlinesocialenetwerkdiensten zoals Facebook en Instagram, aantoont dat TikTok geen belangrijke toegangspoort is waarlangs de zakelijke gebruikers hun eindgebruikers kunnen bereiken. In dat verband heeft het Gerecht benadrukt dat TikTok er, ondanks de door Bytedance aangevoerde omstandigheden, sinds de lancering in de Unie in 2018 in is geslaagd om het aantal gebruikers zeer snel en exponentieel te laten groeien. Zo had TikTok in korte tijd de helft van de omvang van Facebook en Instagram bereikt, en was het gebruik van TikTok, voornamelijk onder jongeren (die hier meer tijd op doorbrengen dan op andere socialmedianetwerken), in hoge mate toegenomen.
Ten derde heeft het EU-Gerecht de argumenten afgewezen waarmee Bytedance wilde aantonen dat zij geen stevig verankerde en duurzame positie inneemt. In dat verband had Bytedance aangevoerd dat zij een nieuwkomer op de markt was en dat haar positie met succes was betwist door concurrenten zoals Meta en Alphabet, die nieuwe diensten hadden gelanceerd als Reels en Shorts welke, door het imiteren van de hoofdkenmerken van TikTok, een snelle groei hebben doorgemaakt. Het EU-Gerecht heeft met name benadrukt dat TikTok in 2018 inderdaad een nieuwkomer op de interne markt was die gevestigde marktdeelnemers zoals Meta en Alphabet wilde uitdagen, maar dat zij haar positie in de jaren daarna, ondanks de lancering van concurrerende diensten als Reels en Shorts, al snel had geconsolideerd of zelfs in die mate had verstevigd dat zij in korte tijd de helft van de omvang, in gebruikersaantallen in de Unie, van Facebook en Instagram had bereikt.
Het EU-Gerecht heeft tevens geconcludeerd dat de Commissie een juist bewijsniveau had toegepast en dat de enkele vergissingen die de Commissie in haar beoordeling van de argumenten van Bytedance had begaan, niet van invloed zijn op de wettigheid van het bestreden besluit.
Tot slot wijst het EU-Gerecht de argumenten af die Bytedance had aangevoerd met betrekking tot de gestelde schending van haar rechten van verdediging en van het beginsel van gelijke behandeling.
Meer informatie: Persbericht Curia ECER-dossier: Digitalisering