Europese Commissie keurt staatssteun aan IPCEI-project voor micro-elektronika en communicatietechnologie goed

Contentverzamelaar

Europese Commissie keurt staatssteun aan IPCEI-project voor micro-elektronika en communicatietechnologie goed

Na toetsing aan de EU-staatssteunregels heeft de Commissie toestemming verleend voor een belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang (“IPCEI”) voor steun aan onderzoek, innovatie en de eerste industriële toepassing van micro-elektronica en communicatietechnologie in de hele waardeketen.

Het project met de naam “IPCEI ME/CT” is door veertien lidstaten, waaronder Nederland, samen voorbereid en ingediend. Het gaat om: Oostenrijk, Tsjechië, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Ierland, Italië, Malta, Polen, Roemenië, Slowakije en Spanje. De Nederlandse versie van het Commissiebesluit tot goedkeuring komt binnenkort beschikbaar onder de zaaknummer SA.101171 (Nederland) in het Staatssteunregister op de website van DG Concurrentie.

De lidstaten zullen tot 8,1 miljard euro overheidsfinanciering verschaffen. Dit zou voor nog eens 13,7 miljard euro aan particuliere investeringen moeten zorgen. In het kader van dit IPCEI zullen 56 ondernemingen, waaronder ook mkb-bedrijven en start-ups, 68 projecten uitvoeren. Deze directe deelnemers zullen nauw met elkaar samenwerken via meer dan 180 geplande samenwerkingsverbanden.

De 68 projecten maken deel uit van het ruimere IPCEI ME/CT-ecosysteem met meer dan 30 geassocieerde deelnemers, waaronder universiteiten, onderzoeksorganisaties en ondernemingen in nog eens vijf andere EU-lidstaten (België, Hongarije, Letland, Portugal en Slovenië) en in Noorwegen. Overheidssteun voor projecten die worden uitgevoerd door onderzoeksorganisaties hoeft geen goedkeuring van de Commissie te krijgen, omdat deze niet als staatssteun kwalificeert. De ondernemingen die beperkte bedragen aan steun aanvragen, kunnen overheidssteun krijgen op grond van de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV). Die steun hoeft dus niet voor goedkeuring bij de Commissie te worden aangemeld. De innovatieve projecten van die ondernemingen worden niet beschouwd als onderdeel van het IPCEI zelf.

Daarnaast zijn er om en bij de 600 indirecte partners. Deze ondernemingen of organisaties hebben samenwerkingsakkoorden met een of meer directe deelnemers aan het IPCEI ME/CT.

Diverse lidstaten (Oostenrijk, Tsjechië, Finland, Frankrijk, Duitsland, Italië, Letland, Roemenië, Slowakije en Spanje) hebben hun deelname aan het IPCEI ME/CT opgenomen in hun herstel- en veerkrachtplannen. Deze lidstaten hebben de keuze om hun projecten gedeeltelijk te financieren uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit (RRF).

Achtergrond
De goedkeuring door de Commissie van dit IPCEI maakt deel uit van de ruimere inspanningen van de Commissie om de Europese economie groener, digitaal, veiliger, veerkrachtiger en soeverein te maken.

In december 2020 ondertekenden 22 lidstaten een gezamenlijke verklaring over een Europees initiatief inzake processors en halfgeleidertechnologieën. Daarin verklaarden zij onder meer een nieuw IPCEI te gaan opzetten.

In december 2018 heeft de Commissie, op grond van de EU-staatssteunregels, goedkeuring verleend voor het eerste IPCEI om onderzoek en innovatie op het gebied van micro-elektronica te steunen met een budget tot 1,75 miljard euro.

Met het besluit inzake IPCEI ME/CT krijgt het zesde IPCEI groen licht op grond van de EU-staatssteunregels. Dit is het derde IPCEI dat goedkeuring krijgt op grond van de IPCEI-mededeling van 2021. Deze mededeling bevat de voorwaarden waaronder diverse lidstaten transnationale projecten die voor de EU van strategisch belang zijn, kunnen steunen op grond van artikel 107, lid 3, punt b), van het EU-Werkingsverdrag. De mededeling wil lidstaten ertoe aanzetten sterk innovatieve projecten te steunen die een duidelijke bijdrage leveren aan economische groei, banen en concurrentievermogen.

De IPCEI-mededeling is een aanvulling op andere staatssteunregels zoals de richtsnoeren klimaat-, energie- en milieusteun, de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) en het steunkader voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (O&O&I). Die regels bieden de mogelijkheid om innovatieve en groene projecten te steunen terwijl potentiële verstoringen van de mededinging beperkt blijven.

De IPCEI-mededeling ondersteunt investeringen ten behoeve van O&O&I, eerste industriële toepassingen en de aanleg van infrastructuur. Voorwaarde daarbij is dat de gefinancierde projecten zeer innovatief en van Europees belang zijn en dat het niet om massaproductie of commerciële activiteiten gaat. Andere voorwaarden zijn toezeggingen voor een brede verspreiding en spill-over van nieuwe kennis in de hele EU en een nadere beoordeling uit mededingingsoogpunt om buitensporige verstoringen op de interne markt tot een minimum te beperken.

Op 1 februari 2023 kondigde de Commissie in haar mededeling “Een industrieel plan voor de Green Deal voor het nettonultijdperk” aan dat zij de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) zou herzien in het licht van de Green Deal. Dit zou gebeuren door de aanmeldingsdrempels voor steun aan groene investeringen te verhogen, om zo de uitrol van IPCEI's verder te stroomlijnen en te vereenvoudigen. Op 9 maart 2023 heeft de Commissie een wijziging van de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) goedgekeurd. Daardoor kunnen innovatieve projecten in het kader van een IPCEI nu tot 50 miljoen euro steun krijgen zonder dat dit bij de Commissie hoeft te worden aangemeld. Tegelijk worden deze projecten nog steeds erkend als onderdeel van het ecosysteem dat door het IPCEI is gecreëerd.

Daarnaast heeft de Commissie, in het kader van haar industrieel plan voor de Green Deal, op 1 februari 2023 aangekondigd dat zij met een code voor goede praktijken (“code”) zou komen. Die zou gebaseerd zijn op de kennis, ervaring en lessen die zijn opgedaan bij de toetsing aan de staatssteunregels van vroegere en lopende IPCEI's. Een en ander zou moeten zorgen voor een transparantere, inclusievere, snellere en beter gestroomlijnde vormgeving en beoordeling van IPCEI-projecten. Op 17 mei 2023 publiceerde de Commissie deze code op een speciale IPCEI-pagina van de website van DG COMP. Deze code is een handboek met goede praktijken en is bestemd voor nationale autoriteiten, de lidstaat die de nationale autoriteiten als coördinator hebben gekozen, ondernemingen die steun ontvangen op grond van de IPCEI-regels, en de eigen diensten van de Commissie. Daarnaast is de Commissie voornemens om regelmatige technische bijeenkomsten met lidstaten te organiseren om goede praktijken te delen. Dit moet de IPCEI-processen verder verbeteren voor alle stakeholders en moet ervoor zorgen dat alle lidstaten aan toekomstige IPCEI's kunnen deelnemen. 

IPCEI ME/CT
Bij IPCEI ME/CT gaat het om onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten rond micro-elektronica en communicatietechnologie in de volledige waardeketen – van materialen en tools tot chipsontwerp en productieprocessen.

Inzet van deze projecten is het faciliteren van digitale en groene transformatie door innovatieve micro-elektronica- en communicatieoplossingen te creëren en energie-efficiënte en materiaalbesparende elektronicasystemen en productiemethoden te ontwikkelen. Deze projecten zullen bijdragen aan de technologische vooruitgang in diverse sectoren, zoals communicatie (5G en 6G), autonoom rijden, kunstmatige intelligentie en quantumcomputers. Ook ondernemingen die actief zijn in energieopwekking, -distributie en -gebruik, zullen steun krijgen bij het maken van hun groene transitie.

De eerste vernieuwende producten kunnen misschien al in 2025 op de markt komen en het volledige project zou tegen 2032 moeten zijn afgerond. (De tijdslijnen variëren naargelang van het betrokken project en de betrokken onderneming.) Naar verwachting zullen rond 8 700 directe banen worden gecreëerd – en nog meer indirecte banen.

IPCEI ME/CT volgt en is een aanvulling op het eerste IPCEI om onderzoek en innovatie te steunen in de sector micro-elektronica. Dat project kreeg in december 2018 goedkeuring van de Commissie.

Staatssteunbeoordeling door de Commissie
De Commissie heeft het voorgenomen IPCEI getoetst aan de EU-staatssteunregels, met name aan de mededeling van 2021 betreffende belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang (“IPCEI-mededeling”). Soms komen particuliere initiatieven ten behoeve van baanbrekende innovatie niet tot stand vanwege aanzienlijke risico's die aan dat soort projecten verbonden zijn. Onder de IPCEI-regels kunnen lidstaten samen de kloof dichten om dit marktfalen aan te pakken. Tegelijk garanderen de IPCEI-regels dat de EU-economie haar voordeel doet bij de gesteunde investeringen en dat mogelijke concurrentieverstoringen beperkt blijven.

De Commissie concludeerde dat het IPCEI ME/CT voldoet aan de voorwaarden uit de mededeling en overeenstemt met de staatssteunregels:

  • Het IPCEI ME/CT draagt rechtstreeks bij aan het behalen van diverse EU-doelen van een groenere, digitale, veiligere, veerkrachtige en soevereine economie zoals die zijn uiteengezet in EU-beleids initiatieven zoals Europa's digitale decennium en Europese Green Deal.
  • Alle 68 projecten in dit IPCEI zetten in op het ontwikkelen van digitale technologie die verder gaat dan wat de markt thans biedt. Zij zullen ook zorgen voor belangrijke verbeteringen, met name op het gebied van sensoren, krachtige processoren, microprocessors met kunstmatige intelligentie, actuatoren en communicatiemiddelen voor een veilige uitwisseling van data.
  • Aan dit IPCEI zijn ook aanzienlijke technologische en financiële risico's verbonden. Daarom is overheidssteun noodzakelijk om ondernemingen aan te zetten tot investeren.
  • De steun aan individuele ondernemingen blijft beperkt tot wat noodzakelijk en evenredig is, en verstoort de mededinging niet buitensporig. De Commissie heeft zich ervan vergewist dat de totale voorgenomen maximumbedragen aan steun in overeenstemming zijn met de subsidiabele kosten van de projecten en de “financieringskloof” ervan. Daarbij komt dat, indien grote projecten uit het IPCEI erg succesvol blijken te zijn en extra netto-opbrengsten opleveren, de ondernemingen een deel van de ontvangen steun aan de betrokken lidstaat zullen teruggeven (terugvorderingsmechanisme).
  • De deelnemende ondernemingen die de overheidssteun ontvangen, zullen de resultaten van het project breder met de wetenschappelijke gemeenschap en het bedrijfsleven in Europa delen dan alleen de ondernemingen en landen die aan het IPCEI deelnemen. Dat gebeurt door conferenties, publicaties, toegang tot pilots en productiefaciliteiten of licentiëring van intellectuele-eigendomsrechten. Dit zal in heel Europa positieve overloopeffecten opleveren.

Meer informatie:

Persbericht Europese Commissie
ECER-dossier: Staatssteun
ECER-bericht: Europese Commissie keurt herziene mededeling over staatssteun voor projecten van gemeenschappelijk europees belang goed (26 november 2021)