Europese Commissie stelt voor om het kader voor bankencrisisbeheer en depositoverzekering te hervormen
Nieuwsbericht | 27-04-2023
Achtergrond
De oprichting van de Europese bankenunie was een krachtig antwoord op de wereldwijde financiële crisis en de daaruit voortvloeiende staatsschuldencrisis in het eurogebied. Twee pijlers van de bankenunie – het gemeenschappelijk toezichtmechanisme (GTM of SSM) en het gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme (SRM) – zijn nu volledig operationeel (zie het ECER-bericht over het SRM). Het SSM en het SRM hebben er samen met de aangescherpte regels voor bankentoezicht en -afwikkeling voor gezorgd dat de EU-bankensector veel beter bestand is tegen schokken en er over het geheel genomen goed voorstaat. Ook de derde pijler van de bankenunie – een gemeenschappelijk depositogarantiestelsel – is volgens de Commissie van essentieel belang om de veerkracht van de bankensector te versterken, maar de Raad en het Europees Parlement hebben nog geen politiek akkoord daarover bereikt.
De werkzaamheden ter voltooiing van de bankenunie gaan door. De Eurotop van december 2020 verzocht de Eurogroep een stapsgewijs en tijdgebonden werkplan op te stellen voor alle resterende elementen die nodig zijn om de bankenunie te voltooien. De daaropvolgende besprekingen in de Eurogroep hebben niet geleid tot een dergelijk werkplan, maar er is wel overeengekomen dat het gemeenschappelijk kader voor crisisbeheersing en depositoverzekering voor banken (CMDI) als volgende stap moet worden versterkt. Op 18 april 2023 heeft de Commissie een mededeling en voorstellen gepresenteerd om het CMDI-kader te hervormen. Het gaat om de volgende voorstellen:
Doel van de voorgestelde hervorming is om de bestaande regelingen voor het beheer van failliet gaande banken in de EU te verbeteren. Met name wordt voorgesteld de regeling voor het beheer van het faillissement van kleinere en middelgrote banken qua opzet en uitvoering doeltreffender te maken.
Belangrijkste hervormingen
Behoud van de financiële stabiliteit en bescherming van het geld van de belastingbetaler
De voorgestelde regels vergemakkelijken het gebruik van depositogarantiestelsels in crisissituaties om deposanten (natuurlijke personen, bedrijven, overheidsinstanties enz.) te beschermen tegen verliezen, wanneer dit nodig is om besmetting van andere banken te voorkomen en negatieve gevolgen voor de gemeenschap en de economie te vermijden. Door de sector gefinancierde vangnetten (zoals depositogarantiestelsels en afwikkelingsfondsen) komen ook ten goede aan belastingbetalers van wie geen bijdrage wordt gevraagd voor het behoud van de financiële stabiliteit. Depositogarantiestelsels kunnen alleen voor dit doel worden gebruikt nadat de banken hun interne verliesabsorptiecapaciteit hebben uitgeput, en uitsluitend in het geval van banken die in de eerste plaats al in aanmerking kwamen voor afwikkeling.
De reële economie beschermen tegen de gevolgen van falende banken
Dankzij de voorgestelde regels zullen de autoriteiten ten volle gebruik kunnen maken van de talrijke voordelen die de afwikkeling heeft als essentieel onderdeel van het instrumentarium voor crisisbeheer. Anders dan bij liquidatie berokkent afwikkeling mogelijk minder last aan cliënten, aangezien zij toegang blijven hebben tot hun rekeningen, die bijvoorbeeld aan een andere bank worden overgedragen. Bovendien blijven de kritieke functies van de bank gevrijwaard. Dit komt ten goede aan de economie en de samenleving in het algemeen.
Betere bescherming voor depositohouders
Het dekkingsniveau van 100.000 euro per deposant en bank, zoals bepaald in de richtlijn depositogarantiestelsels, blijft bestaan voor alle in aanmerking komende EU-deposanten. De voorgestelde regels gaan echter verder met het harmoniseren van de normen voor bescherming van deposanten in de hele EU. Het nieuwe kader breidt de bescherming voor deposanten uit tot openbare entiteiten (d.w.z. ziekenhuizen, scholen, gemeenten) en tot geldbedragen die cliënten gedeponeerd hebben in bepaalde soorten fondsen voor cliënten (namelijk door beleggingsmaatschappijen, betalingsinstellingen, instellingen voor elektronisch geld). De voorgestelde regels omvatten aanvullende harmoniseringsmaatregelen, om tijdelijke hoge saldi te beschermen wanneer een bankrekening boven 100.000 euro gaat ten gevolge van specifieke levensgebeurtenissen (zoals erfenissen of vergoedingen van verzekeringen).
Meer informatie: