Megaboete voor Google wegens misbruik van machtspositie
Nieuwsbericht | 01-07-2017
De procedure
De Commissie begon de procedure in deze zaak in november 2010, waarna een aantal concurrerende prijsvergelijkingsdiensten klaagden over Google’s misbruik van zijn machtspositie. Aanvankelijk probeerde Google de zorgen van de Commissie over haar activiteiten weg te nemen door verscheidene juridische verplichtingen voor zichzelf voor te stellen. De overige marktpartijen gaven echter aan dat deze niet het gewenste effect hadden. Nadat Google vervolgens geen nieuw voorstel deed, begon de Commissie de zaak verder te onderzoeken. Zij heeft nu vastgesteld dat er sprake is van een schending van artikel 102 van het EU-Werkingsverdrag. Dit artikel verbiedt misbruik van een machtspositie die de handel ongunstig kan beïnvloeden en de mededinging kan belemmeren of beperken. In de mededingingsverordening ( Verordening (EG) nr. 1/2003) wordt nader bepaald hoe deze bepaling wordt toegepast.
De verboden handelingen
In 2008 heeft Google zijn strategie met betrekking tot de prijsvergelijkingsdient op de Europese markt gewijzigd. Volgens de Commissie heeft Google met deze strategie de machtspositie die zij heeft als internetzoekdienst op twee manieren misbruikt ten gunste van haar prijsvergelijkingsdienst, namelijk:
Doordat Google haar eigen dienst een prominente plek heeft gegeven en de concurrenten onderaan plaatst, heeft Google zijn eigen dienst aanzienlijk bevoordeeld. Prijsvergelijkingsdiensten steunen namelijk grotendeels op het internetverkeer om winstgevend en concurrerend te zijn. Het innemen van een machtspositie is volgens het Europese recht niet verboden, maar de strategie van Google komt neer op een misbruik hiervan op het gebied van internetzoekdiensten doordat de concurrentie wordt onderdrukt. De handelingen van Google zorgden ervoor dat de dienst van Google meer verkeer kreeg ten koste van concurrerende partijen en in het nadeel van de Europese consument. Google heeft deze praktijk ingevoerd in 13 van de 31 landen in de Europese Economische Ruimte waar de prijsvergelijkingsdienst is gelanceerd, waaronder Nederland in mei 2011.
De boete en het besluit
De geldboete van (ruim) 2,42 miljard euro is berekend op basis van de waarde van de inkomsten die Google heeft gegenereerd met zijn prijsvergelijkingsdienst in de landen waar zij actief was. Verder wordt Google verplicht om binnen 90 dagen de illegale handelingen te beëindigen. Als Google dit niet doet wordt een dwangsom opgelegd. Verder benadrukt de Commissie de verplichting voor Google om het beginsel van gelijke behandeling na te leven. Oftewel, dat Google bij de plaatsing en weergave van concurrerende partijen dezelfde algoritmen en methoden moet toepassen als voor de eigen prijsvergelijkingsdienst.
Zie ook: