Technische richtsnoeren met betrekking tot de faciliteit voor herstel en veerkracht in het EU-Publicatieblad verschenen
Nieuwsbericht | 11-10-2023
Achtergrond
De uitbraak van Covid-19 in het begin van 2020 veranderde de economische, sociale en budgettaire vooruitzichten van de EU-lidstaten. Om het hoofd te bieden aan deze economische en sociale gevolgen in de lidstaten werd op EU-niveau een herstel- en veerkrachtfaciliteit (verordening 2021/241) vastgesteld (zie het ECER-bericht daarover). De herstel- en veerkrachtfaciliteit maakt het mogelijk om doeltreffende financiële en significante steun te verstrekken om de uitvoering van hervormingen en bijbehorende overheidsinvesteringen in de lidstaten te ondersteunen.
De EU-lidstaten kunnen steun ontvangen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit op basis van hun nationale herstel- en veerkrachtplannen (artikel 18, lid 1, verordening 2021/241). Deze plannen kunnen later worden geactualiseerd. Verordening 2021/241 (hierna: de RRF-verordening) bepaalt dat geen van de maatregelen in een plan ernstig afbreuk mag doen aan de milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van de taxonomieverordening (het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’). Volgens de RRF-verordening moet de beoordeling van plannen voor herstel en veerkracht ervoor zorgen dat iedere maatregel (dat wil zeggen iedere hervorming en iedere investering) uit het plan het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’ in acht neemt.
De RRF-verordening bepaalt dat de Commissie technische richtsnoeren moet geven over de vraag hoe het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’ in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht zou moeten worden toegepast. De Europese Commissie heeft die richtsnoeren vastgesteld, en die richtsnoeren zijn op 11 oktober 2023 in het EU-Publicatieblad verschenen.
De technische richtsnoeren
De richtsnoeren zijn beperkt tot het vaststellen van de concrete voorwaarden voor de toepassing van het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’ uitsluitend in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht, en laat de toepassing en tenuitvoerlegging onverlet van de EU-Taxonomieverordening en van andere wetgevingshandelingen die in het kader van andere EU-fondsen worden vastgesteld.
De richtsnoeren beogen duidelijkheid te bieden over de betekenis van het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’, over de wijze waarop dit moet worden toegepast in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht en over de vraag hoe de lidstaten kunnen aantonen dat de maatregelen die zij in het plan voor herstel en veerkracht voorstellen, het ‘ernstige-afbreukverbodsbeginsel’ in acht nemen. Concreet uitgewerkte voorbeelden van hoe het beginsel in de plannen moet worden aangetoond, zijn te vinden in bijlage IV bij deze richtsnoeren.
Meer informatie: