Jeugd

Jeugd

Het optreden van de Europese Unie ten aanzien van het jeugdbeleid is gericht op de bevordering van de ontwikkeling van uitwisselingsprogramma's voor jongeren en jongerenwerkers en de aanmoediging van de deelneming van jongeren aan het democratisch leven van Europa (artikel 165, lid 2, aanhef en vijfde streepje, EU-Werkingsverdrag). Daarnaast is dat optreden gericht op het bevorderen van de mobiliteit van jongeren (artikel 166, lid 2, aanhef en derde streepje, EU-Werkingsverdrag). 

Om die doelstellingen te kunnen verwezenlijken kunnen het Europees Parlement en de Raad (stimulerings)maatregelen aannemen, en kan de Raad, op voorstel van de Europese Commissie, aanbevelingen aannemen (artikel 165, lid 4 en 166, lid 4, EU-Werkingsverdrag). De (stimulerings)maatregelen mogen niet leiden tot harmonisatie. Voorbeelden van (stimulerings)maatregelen zijn de oprichting van het Europees Solidariteitskorps en het initiatief DISCOVEREU, als onderdeel van het EU-programma voor onderwijs en opleiding, jeugd en sport (Erasmus+). DISCOVEREU biedt jongeren de kans om door de EU te reizen. 

Naar boven